Jurisprudentielunch merken-, modellen- en auteursrecht op woensdag 26 november 2025
Binnen drie uur bent u helemaal up-to-date. Volgende week woensdag praten Selmer Bergsma (De Brauw Blackstone Westbroek), Jesse Hofhuis (HOFHUIS) en Joris van Manen (HOYNG ROKH MONEGIER) u in drie uur bij over de meest relevante rechtspraak op het gebied van productvormgeving, auteursrecht en merkenrecht.
Met onder meer:
- CeramTec/CoorsTek: kwade trouw bij merkaanvraag
- Lego/Pozitív Energieforrás: modelbescherming vanuit het perspectief van de geïnformeerde gebruiker
- CG & YN/Pelham: auteursrecht en de grenzen van pastiche
Tijdens een lunch in het Olympisch Stadion te Amsterdam krijgt u een helder overzicht van alles wat u moet weten. Met de lunch verdient u 3 PO-punten.
Leidraad prijsweergave en -vergelijkingen
Het is voor consumenten belangrijk dat verkopers prijzen op een duidelijke en eerlijke manier tonen. Zo kunnen consumenten bij een aankoop een goed geïnformeerde keuze maken. Ook voor eerlijke concurrentie tussen bedrijven is het belangrijk dat prijzen juist en op correcte wijze worden weergegeven. Daarom is er wet- en regelgeving over prijsweergaven, zoals over kortingen en prijsvergelijkingen.
Om bedrijven te helpen zich aan de regels te houden, heeft de Autoriteit Consument & Markt (ACM) een ‘Leidraad prijsweergave en -vergelijkingen’ ontwikkeld. Deze leidraad komt voort uit bestaande wet- en regelgeving. De belangrijkste basisregel is dat een verkoper- indien hij of zij een korting geeft op een product - ervoor zorgt dat het een echte korting betreft. De ACM heeft 5 vuistregels opgesteld die bedrijven helpen om prijzen op een juiste manier te tonen;
- Geen doorhalingen van prijzen behalve de laagste prijs
- Geen onechte prijsverlaging
- Geen kunstmatig verhoogde prijzen
- Duidelijke en opvallende informatie
- Geen buitensporig lange kortingen
Lees hier het document.
P-G: Geen intern regres voor kartelboete tussen moeder- en dochtervennootschap
Parket bij de HR 12 september 2025, RB 3938; ECLI:NL:PHR:2025:999 (Bencis tegen Dossche). In deze zaak zijn zowel een dochtermaatschappij als de voormalige moedermaatschappij van die dochter door de ACM beboet voor een inbreuk op het kartelverbod. Bijzonder in deze zaak is dat de boetes volgtijdelijk zijn opgelegd, eerst aan de dochter en pas later aan de voormalig moeder. Meestal wordt de moeder beboet gelijk met de dochter en is er sprake van hoofdelijkheid. Dat is hier niet het geval. Toen de moeder werd beboet, had zij de dochter al verkocht. Bencis, voormalig moedervennootschap van Meneba, vordert vergoeding van een door haar betaalde kartelboete. De ACM had Bencis op grond van parental liability medeaansprakelijk gehouden voor een kartelovertreding door haar toenmalige dochter Meneba. Inmiddels was Meneba eigendom van Dossche. Bencis baseert zich op de onrechtmatige daad, regres en ongerechtvaardigde verrijking. De rechtbank en het hof wezen de vorderingen af. In cassatie bestrijdt Bencis onder meer dat het hof haar geen interne verhaalsmogelijkheid heeft toegekend.
HR verwerpt cassatieberoep in zaak over printercartridges
HR 7 november 2025, RB 3937; ECLI:NL:HR:2025:1663 (Digital Revolution tegen Google). Deze zaak gaat over reclame-uitingen over printercartridges via Google Shopping. Na een zoekopdracht naar bepaalde types printercartridges vertoonde Google Shopping onder meer een mededeling van de website www.prindo.nl (geëxploiteerd door Media Concept), met daarbij een vermelde prijs en de knop “Site bezoeken”. Een klik op deze knop bracht de bezoeker op een bij prindo.nl ingerichte ‘landingspagina’, waar de genoemde cartridge tegen de op Google Shopping getoonde prijs te koop was. Er gold daarbij een restrictie tot één exemplaar per bestelling per klant. Bij een direct bezoek aan prindo.nl kon hetzelfde type printercartridge worden besteld, maar tegen een andere (hogere) prijs en zonder de restrictie tot één exemplaar per bestelling per klant. Digital Revolution, de partij achter 123inkt.nl en concurrent van Media Concept, betoogt in de parallelle procedure dat Media Concept zich met deze handelwijze schuldig maakt aan een oneerlijke handelspraktijk (art. 6:193a e.v. BW), aan misleidende reclame (art. 6:194 BW) en aan ongeoorloofde vergelijkende reclame (art. 6:194a BW). In deze procedure heeft zij Google, aanbieder van Google Shopping, vanwege dezelfde feiten in rechte betrokken. Het hof heeft geoordeeld dat geen sprake is van misleiding en dus evenmin van een oneerlijke handelspraktijk of van misleidende reclame. Ook het betoog dat sprake zou zijn van ongeoorloofde vergelijkende reclame heeft het hof verworpen. De P-G acht het oordeel van het hof niet onbegrijpelijk of in strijd met het recht. De conclusie van de P-G strekt tot verwerping van het cassatieberoep [RB 3933].
Op 13 November start de zesde editie van de Mr. S.K. Martens Academie
In november starten we weer: de Mr. S.K. Martens Academie.
Na een geslaagde afsluiting van de vijfde editie op 25 september, begint binnenkort de zesde editie van de Mr. S.K. Martens Academie.
De Mr. S.K. Martens Academie is dé specialisatieopleiding voor juristen met interesse in het intellectueel eigendoms- en procesrecht. In acht volledige dagen en vier halve online sessies verdiept u zich in onderwerpen als auteursrecht, merkenrecht, procesrecht, handhaving, slaafse nabootsing, praktisch procederen, AI en octrooirecht.
We trappen dit jaar af met een dag volledig gewijd aan het auteursrecht. Daarna volgen andere actuele thema’s, besproken door specialisten uit de praktijk en wetenschap.
Wilt u nog aansluiten? Dat kan nog. Neem dan snel contact met ons op.
Stage: Juridisch redacteur
Wil jij je als student verdiepen in de laatste ontwikkelingen binnen de vakgebieden Intellectuele Eigendom, ICT-recht en Privacy?
Kom dan stagelopen bij deLex! DeLex is een juridische uitgeverij gericht op juridische professionals in deze vakgebieden. Zo beheren wij de online databases IE-forum.nl en ITenrecht.nl, geven we een aantal vakbladen uit en verzorgen we congressen en andere opleidingen. We zoeken doorlopend stagiairs en gaan graag met je in overleg over de data.
[appellant] heeft zich gehouden aan het vonnis, dwangsommen zijn onverschuldigd betaald
Hof Amsterdam 7 oktober 2025, IEF 23013; RB 3932; ECLI:NL:GHAMS:2025:2693 ([appellant] tegen [geïntimeerde]). In 2016 heeft [appellant] zich negatief uitgelaten over [bedrijf 3] en [geïntimeerde]. Hij is hiervoor veroordeeld. Het gaat in deze zaak over de vraag of [appellant] heeft voldaan aan de veroordelingen in het vonnis uit 2016 en of de aan die veroordelingen verbonden dwangsommen al dan niet door [appellant] zijn verbeurd. [appellant] vordert in een nieuwe procedure dat deze dwangsommen ten onrechte zijn geïnd. Volgens [appellant] had hij voldaan aan het vonnis van 2016 en was de executie onrechtmatig. De rechtbank Noord-Holland gaf hem daar deels gelijk in, waarop beide partijen in hoger beroep gingen.
P-G Hartlief: Google Shopping-vermelding niet misleidend
Parket bij de Hoge Raad 12 september 2025, IT 4985; RB 3933; ECLI:NL:PHR:2025:986 (Digital Revolution tegen Google). De Procureur-Generaal Hartlief concludeert tot verwerping van het cassatieberoep van Digital Revolution (123inkt) tegen Google. De zaak gaat over Google Shopping-vermeldingen voor printercartridges van Prindo/Media Concept: in Google Shopping verschijnt een prijs met de knop “Site bezoeken”; wie doorklikt, komt op een Prindo-landingspagina waar die prijs geldt, maar met de beperking “maximaal 1 per bestelling per klant”; bij een rechtstreeks bezoek aan prindo.nl is de prijs hoger en ontbreekt die restrictie. Het hof oordeelt, en de P-G volgt dat oordeel , dat de in Google Shopping getoonde prijs op zichzelf niet misleidt, omdat de consument via de doorklik die prijs daadwerkelijk kan betalen en de essentiële beperking direct vóór het bestelbesluit zichtbaar is. Dat Google Shopping als medium geen plaats biedt voor alle details weegt mee; essentiële informatie mag op de landingspagina worden gegeven, mits tijdig vóór het besluit tot kopen. Klachten over misleidende handelspraktijken (art. 6:193a e.v. BW), misleidende reclame (art. 6:194 BW) en ongeoorloofde vergelijkende reclame (art. 6:194a BW) falen daarom. Volgens de P-G ondersteunt het dossier bovendien dat hier feitelijk sprake is van toegestane prijsdifferentiatie en dat de consument, desgewenst, meerdere stuks kan afnemen door de handeling te herhalen, zodat geen “prijslokker” ontstaat die het economische gedrag onrechtmatig beïnvloedt.
Tot 1 oktober vroegboekkorting voor het Nationaal Reclamerechtcongres 2025
Op donderdag 11 december 2025 nodigen we u uit voor dé dag rond reclamerecht: het Nationaal Reclamerechtcongres, dat ook dit jaar weer overzicht, verdieping en een blik op de toekomst biedt in Hotel Jakarta. Van Ebba Hoogenraad's ‘greatest hits’ tot prikkelende nieuwe ontwikkelingen: u hoort de laatste stand van zaken rond het toezicht door de ACM, de praktijk bij de Reclame Code Commissie en de rol van massaclaims in het reclame- en consumentenrecht. Ook onderwerpen als reclame gericht op minderjarigen en de invloed van AI op reclame passeren de revue. Met bijdragen van onder anderen Ebba Hoogenraad, Willem Leppink, Margreet Verhoef, Fiona Vening, Stijn de Jong, Wouter den Hollander, Sarith Jonker en Joost van Gorsel.
Meld u vóór 1 oktober aan en profiteer van de vroegboekkorting.
Laat u inspireren, netwerk met collega’s uit de IE-praktijk en verkrijg nieuwe inzichten die uw werk versterken. We zien ernaar uit u op 11 december te verwelkomen met een waardige afsluiting van het congresjaar.