Uitspraak ingezonden door Jacqueline Schaap en Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger.
Facebook moet aanvullende maatregelen treffen tegen nepadvertenties
Vzr. Rechtbank Amsterdam 11 november 2019, IE 18813, RB 3353, IT 2939; ECLI:NL:RBAMS:2019:8415 (X tegen Facebook) Eiser is een bekende mediaondernemer en eigenaar van Talpa Network. Vanaf oktober 2018 tot in ieder geval maart 2019 verschijnen er advertenties op Facebook waarbij eiser in verband wordt gebracht met Bitcoin en Bitcoin investeringen. Gebruikers die op de advertenties ingaan raken hun geld kwijt. De totale omvang van de schade door gedupeerden is zeker 1,7 miljoen euro. Eiser stelt dat Facebook onrechtmatig handelt door niet alles te doen wat in haar vermogen ligt om dergelijke advertenties te voorkomen of spoedig te verwijderen. Facebook verweert zich door te stellen dat zij al alles doet wat redelijkerwijs van haar kan worden verwacht. Daarbij stellen ze dat een verdergaand optreden tegen dergelijke adverteerders niet hoeft, niet mag en ook technisch niet kan. Vaststaat dat het zonder toestemming gebruiken van naam en portret met als doel mensen op te lichten een inbreuk is op de persoonlijke levenssfeer en is derhalve ook onrechtmatig. Het bieden van een platform voor dergelijke advertenties, waarbij geen tegenmaatregelen worden genomen die redelijkerwijs kunnen worden verwacht, kan in beginsel ook op zichzelf als onrechtmatig handelen worden bestempeld. Facebook zal in het vervolg meer moeten doen tegen nepadvertenties. Dit is mogelijk zonder een (wettelijk verboden) algemeen filter. Verder zal Facebook ook gebruiks- en betaalgegevens van de adverteerders moeten overhandigen.
Lees ook het interview met Christaan Alberdingk Thijm in De Volkskrant over deze zaak.
Inhoudsopgave Intellectuele Eigendom en Reclamerecht (IER)
Inhoudsopgave van de nieuwe editie van het tijdschrift Intellectuele Eigendom en Reclamerecht (IER).
Nr. 23 SRC’s #AD influencer-campagne: mooi - maar kan het nóg wat vlotter met de vlogger? / Prof. mr. dr. M. de Cock Buning & mr. E.H. Hoogenraad p. 245
Nr. 24 Social Media Influencers; liever door de hond of door de kat gebeten? Een analyse van de nieuwe Europese regelgeving voor influencer-marketing / Prof. mr. dr. M. de Cock Buning p. 247
Nr. 25 Goederenrechtelijke rechtskeuze in het IE-recht, een goed idee? / Mr. L.J. Braams p. 261
Nr. 26 De opeisingstorpedo: een sterk strategisch wapen / Mr. ir. M.W. de Koning p. 268
Uitspraak ingezonden door Willem Leppink en Martijn Poulus, Ploum.
Term ‘Medical’ niet misleidend voor shirt ter bescherming van ziek/herstellend dier
RCC 26 september 2019, RB 3350; 2019/00537 (Medical Pet Shirts) De bestreden reclame-uitingen betreffen teksten op de website en in de folder van een producent van shirts die dienen ter bescherming van een ziek/herstellend dier. Klager maakt om twee redenen bezwaar. Allereerst stelt klager dat er essentiële informatie ontbreekt op de website en in de folder over een drukknoop, de zogeheten ‘popper fastening strap’, waarmee het shirt kan worden opgerold en vastgebonden. Ten tweede stelt klager dat adverteerder de term ‘medical’ in de naam van het product ten onrechte gebruikt, omdat het product naar de mening van klager geen medisch product is. De Commissie is van oordeel dat de informatie, op de website en de brochure, voldoende is om ervoor te zorgen dat de consument begrijpt hoe hij de drukknoop van het Medical Pet Shirt moet gebruiken en er dus geen essentiële informatie ontbreekt. Verder acht de Commissie de term ‘medical’ niet misleidend, nu het gaat om een artikel dat een medische toepassing heeft. De term ‘medical’ is geen term die alleen gebruikt zou mogen worden mits het artikel aan bepaalde (wettelijke) eisen voldoet. De klacht wordt afgewezen.
Ten onrechte claimen van lidmaatschap is misleidende reclame
Rechtbank Oost-Brabant 29 oktober 2019, IEF 18798, RB 3351; ECLI:NL:RBOBR:2019:6262 (ASPB tegen Bibi/Denito en Hati) Kort geding. Misleidende reclame, inbreuk IE-recht. De ASPB, een brancheorganisatie van schoorsteenvegers in Nederland, heeft de behartiging van economische, sociale en technische belangen van haar leden als doel. De organisatie is tevens houdster van een beeldmerk. Overeenkomstig het huishoudelijk reglement van de ASPB mag haar logo door gewone leden, aspirant leden, seniorleden, serviceleden en ereleden worden gevoerd. Denito B.V. betaalde als gewoon lid van de ASPB jaarlijks contributie voor het lidmaatschap van drie t/m vijf personen en een jaarlijkse bijdrage voor de lidmaatschapspasjes. In 2019 is Denito B.V. uitgeschrveen uit het handelsregister. De bestuurder van Denito B.V. is tevens bestuurder van Bibi. Bibi handelt ook onder de naam Denito schoorsteentechniek en heeft geen werknemers in dienst.
Van onjuist beeld Duitsers is geen sprake
RCC 26 september 2019, RB 3347; 2019/00481 (Warsteiner Alcoholfrei) Buitenreclame. De bestreden reclame-uiting betreft een billboardposter. met de tekst: 'Net zoveel alcohol als Duitsers humor hebben'', met daaronder de afbeelding van een flesje “Warsteiner Alcoholfrei'. Rechts naast het flesje staat: 'Alcohol-Frei'.Klager vindt deze reclame in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en voert hiertoe het volgende aan. 1. Het is onwaar dat Duitsers weinig humor hebben of minder dan bijvoorbeeld Nederlanders; klager verwijst naar https://www.hpdetijd.nl/2012-01-27/duitsers-lachen/. 2. De uiting houdt een belediging in van Duitsers (onder wie klagers vrouw en zoon, vele vrienden en oud-collega’s) en zet bevolkingsgroepen onnodig tegen elkaar op. Er wonen 75.000 Duitsers in Nederland, aldus klager. De slagzin 'Net zoveel alcohol als Duitsers humor hebben 'is wellicht satirisch bedoeld, maar is te zien op een billboard bij het station, “zonder verdere context”. Volgens klager is moeilijk te geloven dat de gemiddelde voorbijganger de uiting als satire zal herkennen. De klacht wordt afgewezen.
Britse overheidswebsite over Intellectueel Eigendom en de Brexit
Website met informatie van de Britse overheid over intellecteel eigendom en de eventuele Brexit op donderdag 31 oktober.
Guidance on trade marks, designs, patents right law, and exhaustion of IP rights after Brexit. Kijk hier voor meer informatie.
Inbreuk door reclame maken en verhandelen namaak-dierenarmbandjes
Rechtbank Den Haag 25 september 2019, IEF 18735, RB 3345; ECLI:NL:RBDHA:2019:10398; (Spin Master tegen VOF) Eiser Spin Master is een wereldwijd opererende speelgoedproducent. Spin Master heeft het product Twisty Petz geïntroduceerd. Twisty Petz zijn armbanden die kunnen veranderen in verzamelbare dieren. Spin Master is onder meer rechthebbende van het Uniemerk TWISTY PETZ dat op 1 februari 2018 is ingeschreven met registratienummer 017362641. Gedaagde, de VOF, erkent dat zij zonder toestemming van Spin Master identieke exemplaren van de Twisty Petz producten (de dierenarmbandjes) heeft ingekocht en verkocht en dat zij daarvoor reclame heeft gemaakt. Maar zij verzetten zich tegen toewijzing van de vorderingen, omdat Spin Master daarbij geen belang meer heeft, nu zij een onthoudingsverklaring hebben getekend en opgave hebben gedaan, terwijl Spin Master aanspraak maakt op buitensporige kosten en schadevergoeding. De VOF wordt bevolen iedere inbreuk op de auteursrechten te staken of gestaakt te houden. De gevorderde rectificatie en vordering op grond van onrechtmatige daad worden afgewezen.
HvJ EU: voor plaatsen cookies is actieve toestemming van internetgebruikers vereist
HvJ EU 1 oktober 2019, RB 3344, IT 2885, IEFbe 2958; C-673/17 (Verbraucherzentrale tegen Planet49) De Duitse federale vereniging van consumentenbeschermingsorganisaties betwist het gebruik dat Planet49 maakt van een standaard aangevinkt selectievakje waarmee internetgebruikers die aan onlinereclameloterijen willen deelnemen, toestemming verlenen voor het plaatsen van cookies. Met deze cookies wordt informatie verzameld om reclame te kunnen maken voor producten van partners van Planet49. Het Bundesgerichtshof verzoekt om uitlegging van het Unierecht over de bescherming van de persoonlijke levenssfeer bij elektronische communicatie. Geoordeeld wordt dat de toestemming van de gebruiker van een website voor het plaatsen en raadplegen van cookies op zijn apparatuur, niet rechtsgeldig is verleend wanneer hiertoe gebruik is gemaakt van een standaard aangevinkt selectievakje dat deze gebruiker moet uitvinken indien hij weigert zijn toestemming te verlenen.
Het is hierbij niet van belang of de informatie die is opgeslagen op de apparatuur van de gebruiker of daaruit is opgevraagd, al dan niet bestaat in persoonsgegevens. Het Unierecht beoogt de gebruiker namelijk te beschermen tegen iedere inmenging in zijn privéleven en met name tegen het risico dat verborgen identificatoren en andere soortgelijke software zonder zijn medeweten zijn apparatuur binnenkomen. Het Hof benadrukt dat de toestemming in die zin 'specifiek' moet zijn dat de gebruiker niet door het enkele feit dat hij op de knop voor deelname aan de reclameloterij heeft gedrukt, al geacht kan worden rechtsgeldig toestemming te hebben gegeven voor het plaatsen van cookies. Bovendien moet volgens het Hof de aanbieder van diensten de gebruiker onder meer informeren over de vraag hoelang de cookies actief blijven en of derden al dan niet toegang tot de cookies kunnen hebben. Zie ook [IT 2730].
Consultatie reglement naleving geneesmiddelenreclame
De CGR heeft besloten de huidige werkwijze te verbeteren en de samenwerking met de Keuringsraad te bestendigen. Dit leidt tot een nieuw gezamenlijk Reglement van de Stichtingen CGR, KOAG en KAG. Het Reglement regelt het toezicht van de Keuringsraad, de Codecommissie en de Commissie van Beroep op de Gedragscode Geneesmiddelenreclame, de Codes voor de Publieksreclame voor Geneesmiddelen en Medische (zelfzorg)hulpmiddelen en de Code voor de Aanprijzing van Gezondheidsproducten. Belangstellenden worden gevraagd op het ontwerp-Reglement te reageren. Het streven is de nieuwe werkwijze per 2020 te laten ingaan.
De CGR ziet de reacties uiterlijk vrijdag 25 oktober tegemoet. Reacties kunnen per e-mail worden ingediend bij cgr@cgr.nl, onder vermelding van “Reactie op de consultatie nieuw Reglement”.
Wanneer mag je een product als 'volkoren' aanprijzen?
Over de verpakkingen van diverse ‘volkoren’ producten zijn klachten ingediend. Het gaat onder meer om biscuits, beschuit en Knäckebröd. De klachten komen in het kort erop neer dat het misleidend is een product ‘volkoren’ te noemen als maar een deel van het meel uit volkorenmeel bestaat.
Een etiket is ook reclame
De Reclame Code Commissie beoordeelt (ook) klachten over verpakkingen. De Commissie is daarbij gebonden aan regels die gelden voor verpakkingen en etiketten uit Europese wetgeving en Europese rechtspraak. Zo is het bijvoorbeeld niet toegestaan een product naar een ingrediënt te noemen als dat niet in het product aanwezig is.