Geen wetenschappelijke onderbouwing alcoholisch kruidenmiddel
Vz. RCC 28 mei 2013, dossiernr. 2013/00183 (Microbioticum)
Misleiding. Voornaamste kenmerken product. Onjuist en oneerlijk. Aanbeveling. Het betreft drie pagina’s van adverteerders website www.microbioticum.com waarop Microbioticum wordt aangeprezen.
De klacht - Microbioticum is een alcoholisch kruidenmiddel dat antibiotica overbodig zou maken voor alle zoogdieren en vogels. Klaagster acht de uiting misleidend aangezien er geen enkele wetenschappelijke onderbouwing van de claim is. Klaagster verwijst in dit verband naar de uitspraak van de Reclame Code Commissie van 5 mei 2009, dossier 2009/00194.
De klacht (vervolg) - De mededeling “onderbouwt effectief de weerstand en helpt bij infecties” heeft geen betekenis en is misleidend. Microbioticum is een alcoholisch extract dat, aldus de “Samenstelling”, acht kruiden bevat. Bij elk van de kruiden staat wat de werking daarvan is. Aangezien Microbioticum niet de hele plant bevat, is het de vraag of Microbioticum de eigenschappen bezit die aan de verschillende kruiden worden toegeschreven. Klaagster betwijfelt overigens of die kruiden de eigenschappen hebben die in de uiting daaraan worden toegeschreven. Voorts betreffen de daarbij genoemde referenties slecht enkele kruiden en geen kruidenmengsels en er staat evenmin bij of zij voor dier of mens gelden. Ten aanzien van de werkzaamheid stelt klaagster dat men in zijn algemeenheid kan stellen dat verschillende producten bij verschillende dieren een andere werking kunnen hebben voornamelijk door verschillen in absorptie, (re)distributie en biotransformatie in lever en excretie in gal, urinewegen en faeces.
Vanwege de onjuiste claims bestaat het gevaar dat effectieve behandeling onnodig lang wordt uitgesteld, hetgeen tot financiële schade kan leiden en/of de gezondheid van mens en/of dier kan schaden. Overigens geeft goedkeuring door de AID aan dat de bestanddelen van Microbioticum voor toevoeging aan diervoeder zijn toegelaten, maar dit zegt niets over de werkzaamheid van het middel. Klaagster verwijst, ter onderbouwing van haar klacht, naar verschillende door haar overgelegde bijlagen en concludeert dat de uiting misleidend.
Het oordeel van de voorzitter
Klaagster heeft gemotiveerd weersproken dat Microbioticum de werking heeft die adverteerder daaraan in de uiting toeschrijft. Adverteerder heeft geen verweer gevoerd, zodat de Commissie constateert dat adverteerder de juistheid of de eerlijkheid van de reclame niet aannemelijk heeft gemaakt.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC en beveelt hij adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Conclusie A-G: Brochure valse informatie
Conclusie A-G HvJ EU 13 juni 2013, zaak C-435/11 (CHS Tour Services) - dossier
Verzoek om een prejudiciële beslissing van het Oberste Gerichtshof.
Uitlegging van artikel 5 van richtlijn 2005/29/EG [red. OHP]. Brochure die valse informatie bevat. Al dan niet bestaan van de mogelijkheid voor een ondernemer om aan te tonen dat hij de vereisten van zorgvuldig handelen heeft nageleefd in die commerciële praktijk dus niet als „oneerlijk” kan worden gekwalificeerd.
Conclusie A-G: Artikel 5 van richtlijn 2005/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005 betreffende oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen jegens consumenten op de interne markt en tot wijziging van de richtlijnen 84/450/EEG, 97/7/EG, 98/27/EG en 2002/65/EG en van verordening (EG) nr. 2006/2004, dient aldus te worden uitgelegd dat het in geval van misleidende handelspraktijken in de zin van artikel 5, lid 4, van die richtlijn niet relevant is of ook aan de criteria van artikel 5, lid 2, sub a, en/of artikel 5, lid 2, sub b, van die richtlijn is voldaan.
Aanduiding laserstralen misleidend
Vz. RCC 3 juni 2013, dossiernr. 2013/00377 (Laserstralen)Misleiding. Oneerlijk. Onjuiste informatie. Aanbeveling. Het betreft adverteerders website www.de uithof.nl waarop een beschrijving wordt gegeven van de PowerZone. Daarop staat met betrekking tot deze activiteit onder meer: “In de PowerZone worden 3 eigenschappen getest door middel van verschillende onderdelen: lef, lenigheid en kracht. Kruip bijvoorbeeld door een ruimte met lasers heen zonder dat je ze aanraakt, doe de bungeerun en toon je kracht met ladder klimmen!” (..) “Klim net als Tom Cruise in Mission Impossible door de lasers heen. Kijk uit dat je ze niet aanraakt anders ben je af!”
De klacht - Anders dan de uiting doet vermoeden waren er geen laserstralen, maar fluoriserende kunststof lijnen. Het aanraken van deze lijnen had geen enkele consequentie. Er was dus nooit iemand “af”, zodat de activiteit minder spannend was dan klaagster zich had voorgesteld. Voorts duurde het programma 20 minuten korter dan de afgesproken 1 1/2 uur. Gelet op het voorgaande, acht klaagster de uiting misleidend. Inmiddels is de informatie op de website substantieel aangepast.
Het oordeel van de voorzitter
In de reclame-uiting wordt bij de PowerZone-activiteit gesproken over “lasers” evenals in het programmaoverzicht waarin onder meer staat “Probeer door de rook je weg te vinden maar pas op voor de lasers die kriskras door de tunnel lopen”. Adverteerder heeft klaagsters bezwaar dat er geen lasers zijn niet weersproken. Door het ontbreken van laserstralen is de activiteit minder spannend dan in de uiting wordt voorgesteld en om die reden acht de voorzitter de uiting misleidend. De voorzitter heeft er nota van genomen dat de uiting inmiddels is aangepast, maar dit doet niet af aan het feit dat de uiting op grond waarvan klaagster besloot gebruik te maken van het aanbod misleidend was. Wel zal de voorzitter daarmee rekening houden door te bepalen dat de aanbeveling wordt gedaan voor zover nog nodig.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC en beveelt hij adverteerder, voor zover nog nodig, aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Nieuwsbrief KoningsPrijs onvoldoende duidelijk
RCC 3 juni 2013, dossiernr. 2013/00345 (KoningsPrijs)Onduidelijk. Kansspel. Winkansen KoningsPrijs.
Het betreft de op 17 april 2013 per e-mail aan klager gezonden nieuwsbrief van NPL betreffende de “KoningsPrijs van € 4,4 miljoen”, waarin onder meer staat: “Wilt u in de prijzen […] vallen als de KoningsPrijs op uw postcode valt? Dat kan…als u vóór 27 april gaat meespelen met een extra lot in de Postcode Loterij.” In de e-mail is een button opgenomen met de tekst “Ja, ik speel mee voor € 4,4 miljoen“.
De klacht - In de uiting wordt gesuggereerd dat een extra lot gekocht moet worden om mee te dingen naar de KoningsPrijs, wat inhoudt dat loten waarmee al wordt gespeeld nu niet meedingen. Op de website van NPL staat echter: “Bent u al deelnemer? Dan maakt u al kans op de KoningsPrijs.” De tekst van de nieuwsbrief is misleidend.
Het oordeel van de Commissie
In de uiting wordt niet duidelijk gemaakt dat men als deelnemer al kans op de prijs maakt en door het bestellen van een extra lot (slechts) zijn aandeel in de prijzenpot vergroot.
Aldus wordt in de uiting onvoldoende duidelijk gemaakt hoe de kansen op het winnen van de KoningsPrijs liggen. Dat de nieuwsbrief alleen aan deelnemers van de NPL is gestuurd, zoals door NPL is aangevoerd, leidt niet tot een ander oordeel. Ook indien de geadresseerden van de nieuwsbrief op de hoogte zijn van andere aanbiedingen van de NPL waarbij de kans op een prijs wordt vergroot door het meespelen met (een) extra lot(en), betekent dit niet dat de onderhavige uiting bij de ontvangers van de nieuwsbrief geen verwarring kan veroorzaken over de noodzaak om mee te spelen met een extra lot om mee te kunnen dingen naar de KoningsPrijs. Ook het feit dat men er na het aanklikken van de button alsnog op wordt gewezen dat men als deelnemer hoe dan ook al kans maakt op de KoningsPrijs, maakt de beslissing niet anders. Die mededeling is immers tegenstrijdig aan het bericht in de nieuwsbrief, zodat niet helder is wie aan de trekking mee mag doen.
De beslissing
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel II.3 RVK. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Aanduiding cartridges onduidelijk en dubbelzinnig
RCC 3 juni 2013, dossiernr. 2013/00357 (Second life cartridges)Misleiding. Ontbrekende informatie. Voornaamste kenmerken product. Onduidelijk en dubbelzinnig.
Het betreft reclame-uitingen die in maart en april 2013 in het weekblad De Faam zijn geplaatst. In beide uitingen worden onder de aanhef “Goedkoopste in inkt!” cartridges van het type HP364 XL aangeboden.
De klacht - Klager wilde nieuwe en originele HP cartridges kopen, maar in de winkel bleek het om zogenaamde Second Life cartridges te gaan die ook van een ander etiket zijn voorzien, terwijl een originele HP cartridge was afgebeeld. Gelet hierop acht klager de uitingen misleidend.
Verweer - In beide uitingen staat dat er sprake is van zogenaamde alternatieve cartridges en dus niet van originele cartridges. Zo staat in de advertentie van maart 2013 rechtsonder in de uiting, verticaal, “m.u.v. originele cartridges” en staat in de advertentie van 10 april 2013 onderin de advertentie “Deze inktpatronen zijn geen originele cartridges maar Second Life inktpatronen”.
Het oordeel van de Commissie
Uit de uiting van maart 2013 blijkt onvoldoende duidelijk dat de daarin aangeboden HP cartridge een zogenaamde Second Life cartridge is. Afgezien van het feit dat de mededeling “m.u.v.originele cartridges” inhoudelijk aan duidelijkheid te wensen overlaat, is deze mededeling ten gevolge van het kleine letterformaat en de wijze waarop deze in de uiting is geplaatst, namelijk verticaal, bovendien niet dan wel slecht zichtbaar.Met betrekking tot de op 10 april 2013 geplaatste advertentie overweegt de Commissie dat in deze uiting voldoende duidelijk wordt gemaakt dat daarin geen originele HP cartridges worden aangeboden, maar Second Life cartridges.
Blijkens het voorgaande is in de hierboven onder a bedoelde uiting sprake van het op onduidelijke en dubbelzinnige wijze verstrekken van essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de onder a bedoelde reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Voor het overige wijst de Commissie de klacht af.
Onduidelijkheid over vervolgverzending oneerlijk
RCC 27 mei 2013, dossiernr. 2013/00207 (Automatische vervolgzending)Uitnodiging tot aankoop. Misleidende en ontbrekende informatie. Het betreft reclame-uitingen in een als bijlage bij de Telegraaf gevoegde folder en op de website www.miriale.com.
De klacht - In beide uitingen wordt niet voldoende duidelijk gemaakt dat na een bestelling automatisch vervolgzendingen volgen. Vervolgzendingen kunnen worden geannuleerd of worden teruggestuurd, maar daar zijn kosten aan verbonden. Verzwegen wordt dat men dan wel moet annuleren of de automatisch toegestuurde vervolgzending retour moet sturen, met de bijkomende kosten van dien. Op de in de folder opgenomen bestelkaart staat dat men na een bestelling klant wordt bij Miriale en zich dan van “alle klantvoordelen” kan overtuigen. In rode letters staat daarbij “geen enkele afnameverplichting”. Ook hieruit blijkt onvoldoende duidelijk dat er na een bestelling automatisch vervolgzendingen zullen volgen. Veeleer krijgt men de indruk dat er alleen een brochure wordt toegestuurd waar men eventueel uit kan bestellen.
Het oordeel van de Commissie
Indien men van het aanbod in de folder of op de website gebruik maakt, betekent dit dat men automatisch een volgende zending krijgt toegestuurd, tenzij men na ontvangst van de bestelling laat weten de volgende aanbieding niet te willen ontvangen of laat weten in het geheel geen zendingen meer te willen ontvangen. Dat het niet mogelijk is om zonder verdere verplichtingen aan te gaan alleen de aangeprezen lingerieset te ontvangen, blijkt niet duidelijk uit de uitingen. [...] Op het moment dat men de eerste bestelling plaatst, dient duidelijk te zijn welke gevolgen deze bestelling heeft en welke verplichtingen deze bestelling met zich meebrengt. Adverteerder kan derhalve niet met succes een beroep doen op de informatie die men later, bij ontvangst van de eerste bestelling krijgt toegestuurd.De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uitingen in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Anti-age producten per stuk voor aangeboden prijs
RCC 24 mei 2013, dossiernr. 2013/00302 (Anti-age Kruidvat)Onduidelijke informatie. Gemiddelde consument. Aanbeveling. Het betreft een folder op de voorzijde waarvan onder meer staat: “Kruidvat INTRODUCEERT ALS EERSTE!(..)DÉ ANTI-AGE INNOVATIE VAN NIVEA”. De klacht. Er worden vier verschillende anti-age producten aangeboden. Deze producten zijn aan de binnenzijde van de folder afgebeeld en onder deze vier producten staat: “Probeer nu van € 16.99 voor € 12.99”. In de winkel bleken deze producten € 12,99 per stuk te kosten. Dit blijkt niet uit de folder. Op de achterzijde staat wel “Keuze uit dag-, nacht-, oogcrème en serum”, maar het is de vraag of uit deze verwijzing kan worden opgemaakt dat de producten per stuk worden aangeboden.
Het oordeel van de Commissie
Adverteerder verwijst naar de mededeling op de voorzijde van de “Kruidvat-folder”, waar bij de Nivea anti-age producten staat: “Alles voor € 12,99 per stuk”. Voor zover al uit de klacht moet worden afgeleid dat klager ook van de bestreden uiting als bijlage bij “Kruidvat-folder” kennis heeft genomen, betekent dit niet dat de klacht ongegrond is. Van de gemiddelde consument kan niet worden verwacht dat deze bij lezing van de bestreden uiting, die uitgebreide informatie bevat over -uitsluitend- de bewuste anti-age producten, ook kennis neemt van “de Kruidvat-folder”, teneinde zich door middel daarvan te informeren over de prijs van die producten.
De beslissing
Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen acht de Commissie de gewraakte reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Misleidend: Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet
RCC 22 mei 2013, dossiernr. 2013/00282 (BTW weg ermee-actie)Onjuiste mededeling. Gemiddelde consument. Het betreft de volgende mededeling op adverteerders website, op de pagina betreffende de voorwaarden van de “BTW Weg Ermee-actie”: “Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet om vervolgens de korting te verlenen. Alleen de prijzen van tijdelijke aanbiedingen die in de week voor de actie in flyers en advertenties zijn verschenen, worden aangepast naar het prijsniveau van voor de uiting in de flyer of advertentie.”
Toen klager tijdens de eind januari 2013 gehouden “BTW Weg Ermee-actie” bij Media Markt een Acer Aspire ultrabook wilde kopen, bleek hem dat de actieprijs van dit product werd berekend vanaf de adviesprijs van de leverancier. Media Markt hanteert echter altijd een laagsteprijsgarantie en berekent buiten actieperioden nooit de adviesprijs. De mededeling op de website dat voorafgaand aan een actie de prijzen niet worden verhoogd, is dus onjuist.
Het oordeel van de Commissie
De gemiddelde consument zal de bestreden mededeling “Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet om vervolgens de korting te verlenen. Alleen de prijzen van tijdelijke aanbiedingen die in de week voor de actie in flyers en advertenties zijn verschenen, worden aangepast naar het prijsniveau van voor de uiting in de flyer of advertentie” aldus opvatten dat de prijs van producten tijdens acties wordt gebaseerd op de gebruikelijke, voorafgaand aan de betreffende actie door Media Markt gehanteerde prijs. Door bij de berekening van de actieprijs tijdens de “BTW Weg Ermee-actie” uit te gaan van een hogere dan de gebruikelijk door Media Markt gerekende prijs, is de bestreden mededeling “Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet om vervolgens de korting te verlenen” niet juist.
De beslissing
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Onduidelijkheid over 'officiële' Inhuldigingsmunt
RCC 27 mei 2013, dossiernr. 2013/00288 (Inhuldigingsmunt)Begrip 'officieel'. Aanbeveling. Het betreft een uiting op de website www.inhuldigingsmunt.nl. Daarin staat onder de aanhef: “De officiële Inhuldigingsmunt” onder meer: “Edel Collecties is exclusief distributeur van de officiële Kroningsuitgifte van koning Willem-Alexander”.
De klacht. Het woord “munt” doet vermoeden dat het om een (wettig) betaalmiddel gaat, maar dat is niet het geval. In een geval als het onderhavige dient het woord “medaille” of “penning” te worden gebruikt. Voorts suggereert het woord “officieel”, in combinatie met het woord “munt”, dat het om een uitgave van de rijksoverheid gaat. Ook dat is niet het geval. Het gaat om een particuliere uitgifte.
Het oordeel van de Commissie.
1. Van de woorden “De officiële Inhuldigingsmunt”, waarbij het begrip “officieel” niet is toegelicht, gaat naar het oordeel van de Commissie voor de gemiddelde consument de suggestie uit dat de uitgifte van de bewuste munt (mede) een initiatief is van de Rijksoverheid. Niet is gebleken dat dit het geval is. Gelet hierop acht de Commissie de uiting voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van de aard van het product als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder a NRC.De beslissing
Gelet op hetgeen is overwogen in het oordeel onder 1 acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.Voor het overige wijst zij de klacht af.
Verwijzen naar voorwaarden onvoldoende
RCC 13 mei 2013, dossiernr. 2013/00299 (Proefabonnementen)Abonnement. Aanbeveling. Het betreft de reclamefolder op de voorpagina waarvan staat: “”Fiscaal Rendement. Alles bij elkaar opgeteld het meest complete vaknieuws”. De klacht: Aangeboden worden “3 top-bladen, 3 maanden lang voor slechts € 15,-!”, maar na afloop van die 3 maanden worden ongevraagd 3 facturen gestuurd van € 100,- per stuk. Nergens staat dat men het abonnement had moeten opzeggen één maand voordat het proefabonnement zou aflopen.
Het oordeel van de voorzitter. Adverteerder laat onduidelijkheid bestaan over de situatie aan het eind van het proefabonnement. Op de achterzijde van de folder wordt, voor de algemene voorwaarden, verwezen naar adverteerders website, doch daarmee had adverteerder niet mogen volstaan, nu het abonnement automatisch nog 5 maanden blijkt door te lopen, indien men het proefabonnement niet 2 maanden vóór het einde van de abonnementsperiode, derhalve reeds binnen één maand, opzegt. Voor een dergelijk belangrijke voorwaarde kan adverteerder ook niet met succes een beroep doen op de verwijzing in de aan klager gestuurde brieven naar adverteerders website. Dit geldt temeer daar in de folder de niet onaanzienlijke abonnementsprijs van € 100,- per blad per maand ontbreekt.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC en beveelt hij adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.