Reclame Blokker gericht op algemeen publiek en huishoudelijke artikelen
CvB 8 september 2015, RB 2521; dossiernr. 2015/00640 (Blokker reclame, zwarte piet effect)
Afwijzing van het CvB. Huishouden en inrichting. De uiting: Het betreft de televisiecommercial van Blokker die begint met de mededeling van de voice-over: “Wassen, drogen en strijken, daar heeft Blokker echt alles voor”. Te zien is een moeder die met een wasmand de kamer binnenkomt en tegen haar drie zonen, die op de bank zitten te gamen, zegt: “Zo luie wammesen, jullie gaan nú je moeder helpen.” Vervolgens is te zien dat de drie jongens in een Blokker-filiaal door een jonge verkoopster worden geïnformeerd over strijkijzers. Op de vraag van de verkoopster of er verder nog vragen zijn, zegt de oudste jongen: “Bezorg jij ook aan huis?” In de volgende scène staat de moeder in de woonkamer te strijken. Tegen de drie jongens, die buiten naast elkaar gezeten wasgoed op een droogrek hangen, zegt zij: “Jongens, doorwerken!” In het laatste beeld is te zien dat de moeder glimlacht. De pay-off van de commercial luidt: “Blokker, fijn dat we er zijn.”
De klacht: In de commercial is sprake van stereotypering. Alle personen in de commercial hebben een gekleurde teint en de moeder, twee van de drie jongens en de verkoopster hebben “warrig kroeshaar”. De eerste scène, waarin de moeder de jongens op strenge en vreugdeloze wijze opdraagt haar te helpen in het huishouden, levert het stereotype op van een Surinaamse of Antilliaanse moeder die haar kinderen streng maar niet pedagogisch bejegent en daarbij – door “luie wammesen” te zeggen in plaats van luiwammesen – gebrekkig Nederlands spreekt. In de scène in de winkel wordt de suggestie gewekt dat gekleurde mensen (met kroeshaar) alleen omgaan met andere gekleurde mensen, althans dit horen te doen. Door de slotscène, waarin te zien is dat de jongens langzaam de was op het droogrek hangen, wordt het stereotype neergezet van de tropische luiwammes, aldus klager.
Het oordeel van het College:
1. De grieven houden, kort samengevat, in dat de bestreden televisiecommercial, waarin uitsluitend mensen met een Surinaams uiterlijk en/of een relatief donkere huid zijn te zien, racistisch, discriminerend en stereotyperend is. Het College stelt voorop dat in de uiting niet specifiek wordt opgeroepen mensen met een donkere huidskleur anders te behandelen. De commercial strekt slechts tot aanprijzing van de mogelijkheid huishoudelijke artikelen te kopen bij Blokker. Deze boodschap wordt door de voice-over als volgt verwoord: “Wassen, drogen en strijken, daar heeft Blokker echt alles voor” en “Blokker. Fijn dat we er zijn”. Deze boodschap kan niet in enig opzicht als racistisch, discriminerend of stereotyperend worden beschouwd. Dit geldt naar het oordeel van het College ook voor de verhaallijn. Hierin wordt verwezen naar een gezin waarin zoons tot ergernis van hun moeder op de bank zitten te gamen en daarom de opdracht krijgen haar te helpen, hetgeen de jongens met tegenzin en op hun eigen wijze doen. Deze verhaallijn geeft een situatie weer die van toepassing kan zijn op elk in Nederland wonend gezin.
2. Het College begrijpt het standpunt van appellant aldus, dat in de uitwerking van de verhaallijn diverse racistische, discriminerende en stereotyperende elementen voorkomen. Dit standpunt berust op de interpretatie die appellant aan de verschillende scènes geeft, waarbij hij uitgaat van de veronderstelling dat Blokker opzettelijk een negatief beeld wil schetsen van mensen met een Surinaams uiterlijk of een relatief donkere huid. Het College geeft die interpretaties per scène als volgt weer:
• [scène: de moeder draagt haar kinderen op haar te gaan helpen]
interpretatie appellant: dit gebeurt op een strenge en onvriendelijke wijze hetgeen is bedoeld om te verwijzen naar de typisch Surinaamse opvoeding;
• [diverse scènes: de meeste personen in de commercial hebben kroeshaar]
interpretatie appellant: door de haardracht wordt een Zwarte-Pieten-effect beoogd, dat wil zeggen grappig uitziende gekleurde mensen; een dergelijke haardracht is niet representatief voor de gekleurde bevolking in Nederland;
• [scène: de moeder noemt haar kinderen “luie wammessen”]
interpretatie appellant: de moeder spreekt foutief Nederlands waardoor nogmaals het Zwarte-Pieten-effect wordt beoogd;
• [scène: de kinderen gaan naar de winkel om een strijkijzer te kopen en worden geholpen door een verkoopster met een getinte huid en kroeshaar]
interpretatie appellant: de suggestie wordt gewekt dat gekleurde mensen alleen omgaan met gekleurde mensen waarbij door de haardracht van de verkoopster nogmaals gebruik wordt gemaakt van het Zwarte-Pieten-effect;
• [scène: de kinderen hangen de was op een wasrekje en worden door hun moeder aangespoord door te werken]
interpretatie appellant: deze scène verwijst naar het stereotype van jonge kleurlingen die niet aan het werk zijn te krijgen;
• [diverse scènes in het huis waarin de vrouw en de kinderen zijn te zien]
interpretatie appellant: een vader is telkens niet aanwezig hetgeen het stereotype benadrukt dat in het Surinaamse gezin een vader ontbreekt.
3. De interpretaties die appellant blijkens het voorgaande aan de televisiecommercial geeft, impliceren telkens dat Blokker zich door middel van de verschillende scènes opzettelijk zou afzetten tegen een deel van haar klanten, te weten klanten van Surinaamse afkomst of met een relatief donkere huidskleur. Deze redenering kan het College niet volgen. Het is immers in de eerste plaats niet in het belang van Blokker een negatief - racistisch, discriminerend, stereotyperend - bedoeld beeld uit te dragen met betrekking tot de huidskleur of de afkomst van een deel van haar klantenkring. Zij zou anders deze klanten juist afstoten in plaats van zoveel mogelijk klanten aan te sporen bij haar huishoudelijke artikelen te kopen, zoals zij onmiskenbaar met de televisiecommercial beoogt.
4. Het College acht het verder niet juist dat appellant de afzonderlijke scènes geheel los ziet van de aanprijzing en deze vervolgens interpreteert vanuit de aanname dat de verschillende scènes zijn bedoeld om opzettelijk een negatieve visie uit te dragen over personen van Surinaamse afkomst of met een relatief donkere huidskleur. Dit verkeerde vertrekpunt leidt vervolgens tot onjuiste interpretaties. Het juiste vertrekpunt is volgens het College dat de commercial is gericht op, en is bedoeld voor een algemeen publiek en ertoe strekt voor dit publiek Blokker aan te prijzen als winkel voor huishoudelijke artikelen. De verschillende scènes van de televisiecommercial ondersteunen deze boodschap. Te zien is een normaal te achten gezinssituatie waarin dergelijke artikelen nodig blijken te zijn. Hierbij speelt, zoals de Commissie (in navolging van de voorzitter beslissing) terecht heeft overwogen, huidskleur en/of afkomst geen bijzondere rol. In de uiting wordt ook verder in de diverse scènes niet verwezen naar huidskleur en/of afkomst op een wijze die, uitgaande van het juiste vertrekpunt als hiervoor omschreven, racistisch, discriminerend, stereotyperend en/of beledigend (nodeloos kwetsend) kan worden geacht.
5. Het voorgaande brengt mee dat de grieven niet kunnen slagen omdat zij telkens op onjuiste aannames zijn gebaseerd. Op grond hiervan hoeven de verschillende grieven verder geen afzonderlijke bespreking meer, en wordt beslist als volgt.
De beslissing van het College van Beroep
Het College bekrachtigt de bestreden beslissing voor zover in beroep aan de orde.
Afwijzing. De uiting: Het betreft een uiting op de website van adverteerder www.brouwerijkraan.nl, voor zover daar onder de link ‘bieren’ staat: “Kraanwater 8.2. Kraanwater 8.2 stamt nog uit de tijd van het amateurbrouwen vanaf 2001 ben ik aangesloten bij “De Boreftse Brouwers” we waren toen met zo’n 10 brouwers en maakte vier keer per jaar met z’n tienen 5 brouwsels, Ik brouwde elke keer dezelfde omdat ik hem steeds wilde verbeteren en na 5 jaar was ik tevreden. Eerst de lekkere frisheid, dan de zoet met het alcohol en als laatste de kruidige nasmaak die lekker blijft hangen, met Pilsmout en de hoppen Saaz en Styrian Goldings is dit een lekkere zware blonde.”
Voorzitterstoewijzing zonder aanbeveling. Misleiding voornaamste kenmerken product. De uiting: Het betreft een televisiecommercial voor SAIL Amsterdam waarin onder meer wordt gezegd: “Beleef SAIL vanaf het water. Alleen arrangementen geboekt via sail.nl geven toegang tot het hart van SAIL. Kijk nu voor alle unieke arrangementen op sail.nl”. De klacht: Klager stelt, samengevat, dat in de televisiecommercial ten onrechte wordt beweerd dat alleen arrangementen geboekt via sail.nl toegang geven tot het hart van SAIL, waarmee wordt verwezen naar Tall-ships. Er zijn echter andere aanbieders die hetzelfde arrangement aanbieden. Met schepen en vaararrangementen geboekt bij die aanbieders vaart men eveneens langs de schepen. Klager vindt de televisiecommercial om die reden misleidend.
Hoger Beroep. Misleiding. Consumentenbescherming. Het CBb onderschrijft het oordeel van ACM dat de internet- en televisiecampagnes van sms-dienstaanbieder Artiq Mobile, handelend onder de naam Celldorado, misleidend zijn. In tegenstelling tot de rechtbank Rotterdam oordeelt het CBb dat de wijze waarop Celldorado zijn abonnementsdiensten op internet aanbood wel degelijk misleidend is, omdat moest worden gescrold om essentiële informatie over de aangeboden dienst te kunnen zien. Daar komt bij dat zulke uitingen op internet duidelijke informatie noodzakelijk is, aangezien de consument meestal vluchtig kennis neemt van de informatie op een beeldscherm, aldus het CBb. Ook de televisiereclames van Celldorado zijn volgens het CBb misleidend. Het CBb vernietigt wel een andere overtreding, namelijk het niet naleven van de gedragscode. Volgens het CBb is geen causaal verband aangetoond tussen het feit dat Celldorado de gedragscode niet naleefde en het besluit dat de consument neemt over een overeenkomst.
Voorzitterstoewijzing. Elektronische apparaten. De uiting: Het betreft de aanbieding van een pastamachine in een folder van Albert Heijn. Deze machine wordt in de uiting omschreven als “AH Pastamachine”. Op de bijgaande afbeelding is een pastamachine te zien van het merk Marcato, type Atlas 150 wellness. In de uiting is voorts een deel van, blijkbaar, een verpakking te zien met daarop onder meer de woorden “Atlas 150 Wellness” en “Marcato”, alsmede een afbeelding van deze machine. De klacht: Klager stelt, kort samengevat, dat de actie geen betrekking blijkt te hebben op een pastamachine van het merk Marcato maar op een apparaat van het AH huismerk. Uit eigen ervaring weet klager dat er een groot verschil bestaat tussen beide machines. Bij het scannen van de barcode van het product via de AH Appie app krijgt men eveneens de Marcato machine te zien. Klager acht de uiting op grond van het voorgaande misleidend.
De uiting: Het betreft het (onder meer) op een reclamemast naast de snelweg A4 geplaatste billboard, waarop Kelly van der Veer in gehurkte houding is afgebeeld. Zij is gekleed in lingerie en houdt een vlaggenstok in haar hand met daaraan een ‘regenboogvlag’. Naast haar afbeelding staat, als het ware handgeschreven: “Proud! xxx Kelly”. Onderop, over de hele breedte van de uiting, staat in grote letters, die dezelfde kleur hebben als de vlag: “webcamsex.nl”. De klacht: Webcamsex is een privé aangelegenheid waarmee kinderen die in een auto langsrijden niet geconfronteerd hoeven te worden, aldus klager. Op een pc kan dit geblokkeerd worden, maar de reclame is overdreven groot aanwezig.
Aanbeveling. Digitale marketing communicatie. De uiting: Het betreft een uiting op de website van adverteerder www.groupactie.nl, voor zover hierop staat: Deal, Prijs, Verzendkosten, Aantal, Subtotaal
Bijdrage ingezonden door Paul Geerts. 1. In deze zaak zijn de volgende twee prejudiciële vragen aan het HvJ EU voorgelegd: (i) indien een handelspraktijk voldoet aan alle in art. 6 lid 1 Richtlijn oneerlijke handelspraktijken genoemde criteria om te kunnen spreken van een misleidende praktijk jegens de consument, moet dan nog nagegaan worden of die praktijk ook in strijd is met de vereisten van professionele toewijding in de zin van art. 5 lid 2 onder a Richtlijn oneerlijke handelspraktijken, om de praktijk als oneerlijk en daarmee als verboden op grond van art. 5 lid 1 Richtlijn oneerlijke handelspraktijken te kunnen aanmerken (r.o. 61); en (ii) kan de verstrekking van onjuiste informatie door een handelaar aan één consument, zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde is, worden aangemerkt als een misleidende handelspraktijk in de zin van de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken, ook al had die verstrekking van informatie slechts op één consument betrekking (r.o. 31).
Rapport geslaagdenpercentage. Reclamerecht. De Staat en het CBR geven een gids uit, gebaseerd op het geslaagdenpercentage. Gezien de inhoud van de aan het hof overgelegde rapportage concludeert het hof dat de beoogde doeleinden door de publicatie niet/nauwelijks zullen worden gediend en dat de gids het publiek slechts een beperkt inzicht zal geven in de kwaliteit van een rijschool. Overheid handelt door publicatie van de gids in strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur en derhalve onrechtmatig.
Afwijzing. Persoonlijke verzorging. De uiting: Het betreft een televisiecommercial waarin Sensodyne Proglasur tandpasta wordt aangeprezen. In de commercial zegt de “Customer & Shopper Marketing Manager” van GSK het volgende: “Wat wij vandaag de dag eten en drinken, energiedrankjes, vruchtensappen en fruit, dat is alles wat je tandglazuur kan aantasten. Tandglazuur dat eenmaal beschadigd is, kan gewoon helaas niet meer hersteld worden. De tandarts kan je adviseren om Proglasur te gebruiken, want Proglasur helpt tegen tanderosie. Tegen tanderosie moet je preventief al maatregelen nemen.” In beeld verschijnt vervolgens de tekst: “Proglasur helpt beschermen tegen de gevolgen van tanderosie.” De klacht: De mededeling in de reclame dat glazuur nooit meer aangroeit, is niet juist. Sommige tandpasta’s stellen dat ze helpen je glazuur aan te laten groeien. En twee familieleden van klager hebben ervaren dat glazuur wel is teruggekomen.