RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Prijsaanduiding  

RB 1898

Weglaten vooraf bekende bijkomende kosten is in strijd met Reclamecode Reisaanbiedingen

RCC 15 augustus 2013, dossiernr. 2013/00482 (Weglaten bijkomende kosten)
Onduidelijke prijs, bijkomende kosten. Aanbeveling op basis van de Reclamecode Reisaanbiedingen. Het betreft de vermelding van prijzen van hotelkamers door HRS in de bij de e-mail van Booking.com van 27 mei 2013 gevoegde uitingen op de website www.hrs.com en op de prijsvergelijkingssite van Trivago (www.trivago.nl).

De klacht - HRS toont de prijzen van door haar aangeboden hotelkamers exclusief belastingen en toeslagen. Belastingen en bijkomende kosten die redelijkerwijs berekend kunnen worden, moeten in de totaalprijs worden meegenomen. Het betreft bijvoorbeeld: a) toeristenbelasting (5,5%) in Amsterdam; b) resort fee van USD 25 per kamer; c) cleaning fee van € 20,- per kamer. HRS laat bovendien na om de hoogte te vermelden van de belastingen en toeslagen die niet tevoren kunnen worden berekend. (Concurrent) Booking.com acht de uitingen in strijd met de artikelen 8.2, 8.3 en 8.4 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), artikel III sub 1 van de Reclamecode Reisaanbiedingen (RR) en de artikelen 6:193a -6:193j van het Burgerlijk Wetboek (BW).

Het oordeel van de Commissie
Toeristenbelasting
De klacht is in de eerste plaats gericht tegen het vermelden door HRS van hotelkamerprijzen waarin de toeristenbelasting die op het moment van vermelding van die prijzen bekend is, niet is opgenomen. HRS heeft aangevoerd dat toeristenbelasting niet in de prijs hoeft te zijn opgenomen, nu geen sprake is van vaste onvermijdbare kosten die aan de aanbieder moeten worden betaald in de zin van artikel III sub 1 RR.

Artikel III sub 1 van de Reclamecode Reisaanbiedingen bepaalt, voor zover hier van belang: “Aanbieders zijn gehouden tot het hanteren van correcte en duidelijke prijzen in hun reclame-uitingen. Zij publiceren hun prijzen, al of niet gespecificeerd, inclusief de hen op het moment van publicatie bekende vaste onvermijdbare (= bijkomende onlosmakelijk aan de dienst verbonden) kosten die voor de aangeboden diensten aan de aanbieder moeten worden betaald.” Blijkens de toelichting bij artikel III.1 RR wordt onder “vaste onvermijdbare (bijkomende) kosten” onder meer verstaan: “toeristen-/verblijfsbelasting, tenzij deze niet vooraf kan worden berekend; in dat geval moet worden vermeld dat deze nog ter plekke moet worden afgedragen”.
Uit het voorgaande volgt dat de toeristenbelasting die vooraf kan worden bepaald - omdat deze belasting een vast percentage van de kamerprijs betreft dan wel een vast bedrag per kamer, ongeacht het aantal personen - moet worden aangemerkt als vaste onvermijdbare bijkomende kostenpost die in de kamerprijs dient te worden opgenomen. Hierbij is kennelijk ervan uitgegaan dat het hoogst ongebruikelijk is dat men een hotelkamer boekt in de plaats waarin met staat ingeschreven, en dat er om die reden geen aanleiding bestaat de toeristenbelasting als variabele kosten te beschouwen.
Nu met betrekking tot de bestreden uitingen niet is gebleken dat de hoogte van de toeristenbelasting niet vooraf kan worden bepaald, merkt de Commissie deze belasting in het onderhavige geval aan als vast en onvermijdbaar.

Bij letterlijke interpretatie van de tekst van artikel III sub 1 RR zou deze bepaling kunnen worden opgevat in die zin dat toeristenbelasting die niet rechtstreeks aan “de aanbieder” moet worden betaald, maar ter plekke aan de hoteleigenaar, niet in de door de aanbieder in zijn reclame gepubliceerde prijs zou hoeven te zijn opgenomen. Het komt de Commissie echter voor - zoals ook overwogen in haar door het College van Beroep bevestigde uitspraak in dossier 2012/00040 - dat artikel III sub 1 RR niet in deze zin is bedoeld, doch dat is bedoeld ervoor te zorgen dat alle onvermijdbare kosten die op het moment van publicatie van een prijs bekend zijn, in die prijs worden opgenomen. De Commissie overweegt in dit verband dat blijkens de preambule bij de RR het doel van deze code is: “het ten behoeve van de consument voorkomen van misleidende reclame-uitingen op de Nederlandse markt inzake de prijs en de beschikbaarheid van reis-, recreatie-, vervoer- en verblijfsdiensten”. Door alle onvermijdbare, bekende kosten in de prijs op te nemen, wordt de consument in staat gesteld om prijzen van hotelkamers die door verschillende aanbieders worden aangeboden eenvoudig en zonder kosten over het hoofd te zien met elkaar te vergelijken.

Gelet op de tekst van de voornoemde bepaling in de RR en de onderliggende preambule dient naar het oordeel van de Commissie de vooraf bekende toeristenbelasting daadwerkelijk in de prijs te worden opgenomen en acht zij het niet toegestaan om, zoals in de onderhavige reclame-uitingen, mee te delen dat toeristenbelasting extra wordt berekend al naar gelang de lokale tarieven. In dit verband wordt ook verwezen naar dossier 2012/00040 waarin het College van Beroep heeft geoordeeld dat het opnemen van de toeristenbelasting ook als essentieel dient te worden beschouwd in de zin van artikel 8.4 aanhef en onder c NRC.

Nu HRS de prijzen voor hotelkamers vermeldt exclusief de bij die kamers behorende, op het moment van publicatie van de prijzen bekende toeristenbelasting, is artikel III sub 1 RR overtreden. Tevens is artikel IV sub 1 RR overtreden, nu het gaat om uitnodigingen tot aankoop.
Dat het - naar HRS stelt - in de hotelbranche niet gebruikelijk zou zijn om totaalprijzen inclusief toeristenbelasting te vermelden, maakt dit oordeel niet anders.

De klacht betreft voorts, zo begrijpt de Commissie, de vermelding van toeristenbelasting waarvan het bedrag niet bij publicatie van de kamerprijs bekend is, bijvoorbeeld omdat de belasting per persoon in plaats van per kamer wordt berekend, en die daarom niet in de getoonde kamerprijs inbegrepen dient te zijn. Naar het oordeel van de Commissie betreft het feit dat sprake is van extra kosten in de vorm van een niet te vermijden bedrag aan toeristenbelasting essentiële informatie, waarvan op grond van het bepaalde in artikel IV sub 1 RR in combinatie met artikel 8.4 onder c NRC in de uitnodiging tot aankoop melding moet worden gemaakt. Bij deze vermelding kan niet, zoals in de bestreden uitingen, worden volstaan met de algemene opmerking dat toeristenbelasting extra wordt berekend al naar gelang de lokale tarieven, zonder de hoogte van de toeristenbelasting te noemen. Gelet op het voorgaande acht de Commissie de uitingen waarin sprake is van onvermijdbare, maar niet tevoren in de kamerprijs op te nemen toeristenbelasting, in strijd met artikel IV sub 1 RR.

Resort fee
De klacht dat in de totaalprijs voor het Bellagio Hotel in Las Vegas niet de resort fee van USD 25.- is opgenomen, is door HRS weersproken met de mededeling dat niet steeds een resort fee in rekening wordt gebracht. Nu voor de Commissie niet is komen vast te staan dat in de door Booking.com overgelegde uiting daadwerkelijk sprake is van vaste onvermijdbare kosten in de vorm van een resort fee ten bedrage van USD 25 per kamer, kan dit onderdeel van de klacht niet slagen.

Cleaning fee
Vast is komen te staan dat in de uiting betreffende een accommodatie in Sankt Jakob in Haus in de totaalprijs niet is opgenomen de “end-of-stay cleaning fee EUR 20,00”, die blijkt als in de uiting de link “Prijsdetails” wordt aangeklikt. Deze prijsvermelding is in strijd met artikel III sub 1 RR, nu – blijkens de toelichting bij dit artikel – “verplichte kosten per verblijfseenheid, zoals bijv. voor schoonmaak” aangemerkt dienen te worden als vaste onvermijdbare (bijkomende) kosten, die derhalve in de gepubliceerde prijs inbegrepen dienen te zijn.
Tevens is artikel IV sub 1 RR overtreden, nu het gaat om een uitnodiging tot aankoop.

Algemeen
Nu de bestreden uitingen (voor zover de klacht daartegen voldoende is onderbouwd) in strijd zijn met de RR, komt de Commissie niet meer toe aan toetsing van de uitingen aan andere door Booking.com genoemde bepalingen.

RB 1891

Doorgestreepte prijs is misleidend

Vz RCC 30 juli 2013, dossiernr. 2013/00536 (AH maaltijdsalades)
Onduidelijke en onjuiste informatie. Aanbeveling. Het betreft de aanbieding van AH maaltijdsalades in de Bonusfolder. Naast de afbeelding van vier verschillende maaltijdsalades staat: “ALLE AH Maaltijdsalades 450 gram Bijv. kip Per schaal Actieprijs per kilo 5.00, 25% korting, 3.00 2.25”.
 
De klacht - In de uiting is onder andere een Caesar salade afgebeeld, met daarnaast de mededeling “25% korting”, een doorgestreepte prijs van € 3,00 en de prijs € 2,25. Bij de kassa bleek de normale prijs van de Caesar salade echter € 4,00 te bedragen en de kortingsprijs € 3,00. De uiting is misleidend.

Het oordeel van de voorzitter
Gebleken is dat de Bonusaanbieding inhoudt alle AH maaltijdsalades van 450 gram met 25% korting worden aangeboden. Uit de uiting blijkt echter niet voldoende duidelijk dat de groot vermelde doorgestreepte prijs van € 3,00 en de aanbiedingsprijs van € 2,25 niet voor alle salades gelden, maar als voorbeeldprijs worden genoemd voor de kip maaltijdsalade. De tekst “Bijv. kip” verschaft op dit punt niet de gewenste duidelijkheid, nu deze tekst ook kan worden opgevat als aanduiding van een van de soorten aangeboden maaltijdsalades.

Gelet op het voorgaande acht de voorzitter de bestreden uiting onduidelijk ten aanzien van de prijs en het prijsvoordeel als bedoeld in de aanhef en onder d van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument hierdoor er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. 

De beslissing van de voorzitter
De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Hij beveelt adverteerder aan om niet meer op een derge­lij­ke wijze reclame te maken.

RB 1847

Zeer kleine, vrijwel onleesbare letters

RCC 27 juni 2013, dossiernr. 2013/00389 (Prepaidkorting.nl)
Prijsvermelding. Verpakking en etikettering. Onduidelijk. Aanbeveling. Het betreft een sticker op de verpakking van een Samsung GALAXY telefoon. Daarop staat onder meer: “Van € 15,- tot € 50,- RETOUR bij een prepaid pakket”.

De klacht - Om gebruik te kunnen maken van deze cash-back aanbieding moeten vrijwel “onneembare hindernissen” worden overwonnen. Op de rand van de sticker wordt -in piepkleine letters- verwezen naar de website “prepaidkorting.nl” en meegedeeld dat de actie geldig is tot en met 31 maart 2013. Na het vinden van de website is het nog een hele rompslomp (formulier invullen, voucher en aankoopbon uitprinten, streepjescode uit verpakking knippen en dit allemaal opsturen). Klager, die primair bezwaar maakt tegen de kleine letters, vraagt zich af hoe mensen zonder printer, computer en vergrootglas ooit van de aanbieding gebruik kunnen maken.

Het oordeel van de Commissie
Adverteerder heeft niet weersproken dat de bestreden sticker zich op de buitenkant van de doos bevond en dat klager op basis van de cashback-actie zoals vermeld op de bestreden sticker tot aanschaf van het bewuste toestel is overgegaan. Het verweer dat de sticker pas kan zijn gezien na aankoop wordt derhalve verworpen. Langs de rand van de bestreden sticker staat in zeer kleine, vrijwel onleesbare letters: “Actie is geldig tot en met 31 maart 2013. Ga voor aanvragen, voorwaarden en het specifieke voordeel voor jouw toestel naar prepaidkorting.nl. Max. 1 aanvraag per persoon”. Gelet hierop acht de Commissie de uiting voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van het bestaan van een specifiek prijsvoordeel als in artikel 8.2 aanhef en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Voor zover klager moet worden geacht mede bezwaar te maken tegen het feit dat men over een computer en printer dient te beschikken om van de actie gebruik te maken, wijst de Commissie de klacht af. Dat een computer en printer nodig zijn, betekent op zichzelf genomen niet dat de bestreden uiting in strijd is met de NRC. 

De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Voor het overige wijst zij de klacht af.

RB 1840

'2e gratis alle varianten' is onduidelijk

RCC 4 juli 2013, dossiernr. 2013/00409 (Etos lenzenvloeistof)
Prijsvermelding. Onduidelijk. Aanbeveling. Het betreft een reclamefolder. Deze bevat het aanbod “2e GRATIS Etos lenzen en -vloeistof alle varianten. Bijvoorbeeld All-in-one lenzenvloeistof. Voor zachte lenzen 250 ml, 2 stuks € 6.08, € 3.04”. Bij deze tekst zijn twee flessen All-in-one lenzenvloeistof voor zachte lenzen afgebeeld en twee verpakkingen met zachte lenzen.
 
De klacht - Eén van de twee afgebeelde flessen vloeistof is no-rub vloeistof. Deze kost in de winkel € 4,57 in plaats van € 3,04. De uiting is misleidend.

Het oordeel van de Commissie
Uit de bestreden uiting blijkt voldoende duidelijk dat het aanbod “2e GRATIS” inhoudt dat van alle varianten Etoslenzen en -vloeistof het tweede exemplaar gratis is, waarbij de uiteindelijk te betalen prijs afhankelijk is van het product dat men kiest. Duidelijk is ook dat in de uiting als voorbeeld de prijs is genoemd van een lenzenvloeistof; niet wordt gesuggereerd dat de ook in de reclame-uiting afgebeelde Dag en Maand Etos Zachte lenzen ook al verkrijgbaar zijn voor € 3,04.
Het bovenstaande neemt niet weg dat de Commissie de klacht gegrond acht. In de uiting is als voorbeeld (“Bijvoorbeeld”) de prijs van “All-in-one lenzenvloeistof voor zachte lenzen 250 ml” vermeld en wel: 3,04, terwijl daarnaast twee flessen All-in-one lenzenvloeistof voor zachte lenzen” zijn afgebeeld, met dit verschil dat de ene fles “All-in-one vloeistof” betreft en de andere fles  “All-in-one no rub vloeistof”. Door deze afbeelding wordt gesuggereerd dat voor twee van de afgebeelde flessen “All-in-one vloeistoffen voor zachte lenzen” € 3,04 moet worden betaald. Niet duidelijk is dat -naar adverteerder niet heeft weersproken- voor de versie “no rub” geen € 3,04, maar € 4,57 moet worden betaald.
In zoverre acht de Commissie de uiting voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van de prijs als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. 

De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 1797

“Rentevrije 50/50 deal” onvoldoende duidelijk

RCC 3 juni 2013, dossiernr. 2013/00361 (50/50 deal)
Misleidend. Prijsvermelding. Onvoldoende duidelijk. Het betreft een banner op klagers Yahoo webmail waarin onder de aanhef “De nieuwe  Skoda Citigo” deze Skoda wordt aangeprezen “vanaf € 3.995,-“, met de mededeling “Rentevrije 50/50 deal”. De klacht - Als men doorklikt naar de Skoda-website blijkt deze auto voor een bedrag “vanaf € 7.990,-“ verkrijgbaar te zijn. Misschien heeft het ermee te maken dat in de uiting gesproken wordt van een “50/50 deal”. Nu de auto niet voor een bedrag vanaf € 3.995,- verkrijgbaar is, acht klager de uiting misleidend.

Het oordeel van de Commissie
Uit de reclame-uiting blijkt niet dan wel onvoldoende duidelijk wat de prijs van de Skoda Citigo is. De vermelding “Vanaf 3.995,-“ zal immers door de consument zo worden uitgelegd dat de totaalprijs van de auto minimaal € 3.995,- bedraagt. Dit blijkt niet het geval te zijn. Het bedrag “vanaf € 3.995,-“ is maar de helft van de prijs. Dat wordt niet duidelijk gemaakt door de enkele woorden “Rentevrije 50/50 deal”. Niet is vermeld of de genoemde prijs “vanaf € 3.995-” het bedrag is waarop de 50/50 deal nog kan worden toegepast of dat dit reeds 50% is van het bedrag waarvoor de Skoda verkrijgbaar is.

De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 1796

Netto bijtelling: € 184,- te absoluut

RCC 3 juni 2013, dossiernr. 2013/00358 (netto bijtelling)
Misleidend. Te absoluut. Het betreft de radioreclame waarin de Peugeot 508 Hybride 4 wordt aangeprezen en waarin onder meer wordt gezegd: “verbruik: zuinig, 14% bijtelling: ook zuinig. Netto bijtelling: € 184,- Meer weten? Ga naar peugeot.nl”. De klacht - Ten onrechte wordt gesproken over “netto bijtelling”. Er bestaat slechts bijtelling van een bepaald percentage van de prijs van een auto bij het inkomen. Het nettobedrag is afhankelijk van wat men verdient.

Het oordeel van de Commissie
Adverteerder heeft erkend dat het bedrag van de netto bijtelling afhankelijk is van de prijs van de auto en het inkomen van degene die de auto koopt. De mededeling “netto bijtelling: € 184,-“ is derhalve te absoluut en daardoor misleidend. Adverteerder stelt zich op het standpunt dat de klacht ongegrond is, omdat de uiting niet kan worden gezien als een uitnodiging tot aankoop. Het feit dat een reclame-uiting niet als een uitnodiging tot aankoop kan worden gezien, betekent niet dat de informatie die wel in de reclame-uiting wordt verstrekt, niet juist zou hoeven zijn.

De beslissing van de Commissie
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 1795

Groter voordeel gesuggereerd dan waarvan werkelijk sprake is

Vz. RCC 3 juni 2013, dossiernr. 2013/00269 (geen 35% korting)
Samsung GT-P7100 Galaxy Tab 10.1v Unboxing 001 BestBoyZMisleidend. Prijsvermelding. Onjuiste informatie. Aanbeveling Klagers bezwaar betreft een huis-aan-huis verspreide folder waarin een Samsung Galaxy Tab 2 10.1 wordt aangeboden met de mededeling “35% korting, incl. € 50,- cashback”, “Normaal: € 409,-, nu: € 265”. De klacht - De normale prijs is nooit € 409,- geweest, maar was rond de € 320,- en nu wordt deze tablet zelfs aangeboden voor € 270,-. Er is dus geen sprake van 35% korting, maar alleen van een voordeel van € 50,-. Gelet hierop is de uiting misleidend.

Het oordeel van de voorzitter
Adverteerder stelt dat de in de advertentie als “normaal” aangeduide prijs van € 409,- de adviesprijs is, maar dit staat niet in de advertentie. Daar wordt deze adviesprijs de normale prijs genoemd, terwijl het woord “normaal” erop duidt dat dit de prijs is waarvoor deze Samsung tablet doorgaans door adverteerder wordt aangeboden als er geen actie is met betrekking tot dit product. Naar klager onweersproken heeft gesteld, wordt deze tablet door adverteerder “normaal” aangeboden voor een bedrag van “rond de € 320,-”
Door bij de berekening van het voordeel uit te gaan van de hogere en in de praktijk zelden gehanteerde adviesprijs, wordt een groter voordeel gesuggereerd dan waarvan in werkelijkheid sprake is.     

De beslissing
Op grond van het hierboven overwogene acht de voorzitter de uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC en beveelt hij adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 1788

Korting blijkt standaardprijs

CvB 28 mei 2013, dossiernr. 2012/01067 (Save 42%)
Correcte en duidelijke prijzen. Onjuiste informatie. CVB aanbeveling: bevestiging oordeel RCC en voorzitterstoewijzing. Het betreft een Engelstalige reclame-uiting op de website www.booking.com van 16 oktober 2012 waarop een kamer in het Mercure Hatfield Oak Hotel wordt aangeboden met de volgende prijsaanduiding: “Total Price: £50” en daaronder “save 42%”.

De klacht - In de reclame-uiting wordt gesuggereerd dat de genoemde prijs van £50 een besparing van 42% betekent, terwijl bij navraag en via de website van het hotel blijkt dat dit de standaard prijs voor de betreffende kamer  is. Klager is van mening dat er sprake is van misleiding.

Het oordeel van de Commissie
Door de wijze waarop het kortingspercentage voor de kamer op de website van adverteerder wordt weergegeven, wordt naar het oordeel van de voorzitter de indruk gewekt dat voor de betreffende hotelkamer een bijzondere actieprijs dan wel een bijzonder prijsvoordeel van toepassing is. Uit hetgeen in het verweer naar voren is gebracht blijkt echter dat de korting wordt berekend ten aanzien van de op drie na hoogste prijs, die een gast die een gelijkwaardige kamer heeft gereserveerd binnen een periode van 30 dagen vóór en 30 dagen ná het (verwachte) verblijf heeft betaald/dient te betalen. Aldus is geen sprake van een bijzondere actie dan wel bijzonder prijsvoordeel zoals in de uiting wordt gesuggereerd, maar slechts van een prijsverschil ten opzichte van het tarief waarvoor de bewuste kamer op een andere datum wordt aangeboden.

Hetgeen adverteerder heeft aangevoerd met betrekking tot de wijze waarop de prijzen tot stand komen leidt niet tot een ander oordeel. De consument zal immers afgaan op de prijzen zoals hij deze ziet en niet verwachten dat dit iets anders beoogt weer te geven dan een actieprijs. Het feit dat elders op de website een toelichting wordt gegeven, neemt de onduidelijkheid onvoldoende weg. Dat geldt ook ten aanzien van informatie die wordt getoond nadat men met een muiscursor over een bepaald gedeelte van de webpagina gaat (‘mouse over’).

De beslissing van de voorzitter [18 december 2012] 
Gezien het vorenstaande is de reclame-uiting in strijd met artikel IV onder 1 van de Reclamecode Reisaanbiedingen. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet meer op dergelijke wijze reclame te maken.

Adverteerder gaat in bezwaar tegen de beslissing van de voorzitter. De reclame Code Commissie [10 april 2013] behandelt het bezwaar en bevestigt de beslissing van de voorzitter van 18 december 2012 dat de reclame-uiting in strijd is met artikel IV onder 1 van de Reclamecode Reisaanbiedingen. De Commissie beveelt adverteerder aan om niet meer op dergelijke wijze reclame te maken. Ook hier is adverteerder het niet mee eens maar ook de beslissing van de Reclame Code Commissie van 10 april 2013 wordt door het College van Beroep van 10 juni 2013 bevestigd. De reclame-uiting is in strijd met artikel IV onder 1 van de Reclamecode Reisaanbiedingen.

RB 1780

Anti-age producten per stuk voor aangeboden prijs

RCC 24 mei 2013, dossiernr. 2013/00302 (Anti-age Kruidvat)
Onduidelijke informatie. Gemiddelde consument. Aanbeveling. Het betreft een folder op de voorzijde waarvan onder meer staat: “Kruidvat INTRODUCEERT ALS EERSTE!(..)DÉ ANTI-AGE INNOVATIE VAN NIVEA”. De klacht. Er worden vier verschillende anti-age producten aangeboden. Deze producten zijn aan de binnenzijde van de folder afgebeeld en onder deze vier producten staat: “Probeer nu van € 16.99 voor € 12.99”. In de winkel bleken deze producten € 12,99 per stuk te kosten. Dit blijkt niet uit de folder. Op de achterzijde staat wel “Keuze uit dag-, nacht-, oogcrème en serum”, maar het is de vraag of uit deze verwijzing kan worden opgemaakt dat de producten per stuk worden aangeboden.

Het oordeel van de Commissie
Adverteerder verwijst naar de mededeling op de voorzijde van de “Kruidvat-folder”, waar  bij de Nivea anti-age producten staat: “Alles voor € 12,99 per stuk”. Voor zover al uit de klacht moet worden afgeleid dat klager ook van de bestreden uiting als bijlage bij “Kruidvat-folder” kennis heeft genomen, betekent dit niet dat de klacht ongegrond is. Van de gemiddelde consument kan niet worden verwacht dat deze bij lezing van de bestreden uiting, die uitgebreide informatie bevat over -uitsluitend- de bewuste anti-age producten, ook kennis neemt van “de Kruidvat-folder”, teneinde zich door middel daarvan te informeren over de prijs van die producten.

De beslissing
Op grond van hetgeen hiervoor is overwogen acht de Commissie de gewraakte reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 1779

Misleidend: Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet

RCC 22 mei 2013, dossiernr. 2013/00282 (BTW weg ermee-actie)
Onjuiste mededeling. Gemiddelde consument. Het betreft de volgende mededeling op adverteerders website, op de pagina betreffende  de voorwaarden van de “BTW Weg Ermee-actie”: “Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet om vervolgens de korting te verlenen. Alleen de prijzen van tijdelijke aanbiedingen die in de week voor de actie in flyers en advertenties zijn verschenen, worden aangepast naar het prijsniveau van voor de uiting in de flyer of advertentie.”

Toen klager tijdens de eind januari 2013 gehouden “BTW Weg Ermee-actie” bij Media Markt een Acer Aspire ultrabook wilde kopen, bleek hem dat de actieprijs van dit product werd berekend vanaf de adviesprijs van de leverancier. Media Markt hanteert echter altijd een laagsteprijsgarantie en berekent buiten actieperioden nooit de adviesprijs. De mededeling op de website dat voorafgaand aan een actie de prijzen niet worden verhoogd, is dus onjuist.

Het oordeel van de Commissie
De gemiddelde consument zal de bestreden mededeling “Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet om vervolgens de korting te verlenen. Alleen de prijzen van tijdelijke aanbiedingen die in de week voor de actie in flyers en advertenties zijn verschenen, worden aangepast naar het prijsniveau van voor de uiting in de flyer of advertentie” aldus opvatten dat de prijs van producten tijdens acties wordt gebaseerd op de gebruikelijke, voorafgaand aan de betreffende actie door Media Markt gehanteerde prijs. Door bij de berekening van de actieprijs tijdens de “BTW Weg Ermee-actie” uit te gaan van een hogere dan de gebruikelijk door Media Markt gerekende prijs, is de bestreden mededeling “Media Markt verhoogt haar prijzen voorafgaand aan acties niet om vervolgens de korting te verlenen” niet juist.

De beslissing
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.