Tekst achterzijde kassabon Vomar voordeelmarkt is een reclame-uiting met feitelijke claim
CvB 15 september 2015, RB 2534, dossiernr. 2015/00700 (Achterzijde kassabon van Vomar voordeelmarkt is een reclame-uiting met een feitelijke claim)
Aanbeveling. Vergelijkende reclame. De uiting: A. een uiting in de Vomar Voordeelkrant, waarin een kassabon voor bij Deen Julianadorp op 28 april 2015 gekochte artikelen wordt vergeleken met een kassabon van gelijke datum voor dezelfde (soort) artikelen van Vomar Julianadorp. Het totaalbedrag van de kassabon van Deen is € 80,24 en het totaalbedrag van de kassabon van Vomar is € 72,50. Boven de kassabonnen (en elders in de folder) staat: “Vomar Voordeelmarkt, altijd de laagste prijs”. B. een abriposter in Julianadorp, waarop onder de tekst ”Dit is de nieuwe Vomar” de onder A omschreven kassabonnen van Deen en Vomar zijn afgebeeld. C. de achterzijde van kassabonnen van Vomar waar staat: “8.000 producten voor de laagste prijs. Niet één keer, maar altijd. Dat is de nieuwe Vomar.”
De klacht: Vomar adverteert met “altijd de laagste prijs” en vergelijkt daarbij een kassabon van Deen met een kassabon van Vomar. Deze uiting is misleidend. In de eerste plaats kan Vomar de kreet “altijd de laagste prijs” niet waarmaken. De prijsvergelijking met Deen betreft slechts 25 door Vomar geselecteerde artikelen en zegt niets over de duizenden andere producten in de winkels van Vomar en Deen. De prijsvergelijking is slechts een momentopname, nu de prijzen in supermarkten dagelijks aangepast worden. Ook wordt ten onrechte gesuggereerd dat de getoonde prijzen in alle Vomar-winkels gelden. De uitingen waarin de kassabonnen van Vomar en Deen worden vergeleken zijn ook misleidend omdat de indruk wat gewekt dat het de originele kassabon van Deen betreft. Dit is niet juist, op de originele (door Deen uitgedraaide) kassabon stonden zeven producten meer. Ten slotte voert Deen aan dat de prijsvergelijking niet juist is omdat daarin producten van het merk Markant (Vomar) worden vergeleken met producten van het merk Perfekt (Deen). Dit zijn verschillende producten.
Het oordeel van het College:
1. In beroep is uitsluitend de vraag aan de orde of de Commissie, naast uitingen A en B, uiting C terecht in strijd met de Nederlandse Reclame Code (NRC) heeft geacht. Deze uiting betreft de achterzijde van een kassabon, waarop staat: “8.000 producten voor de laagste prijs. Niet één keer, maar altijd. Dat is de nieuwe Vomar” en “Vomar voordeelmarkt”.
2. Vomar heeft in beroep ongemotiveerd gesteld dat uiting C geen reclame-uiting zou zijn. Bij de Commissie heeft zij deze stelling overigens, voor zover het College kan constateren, niet aangevoerd. Deze stelling dient te worden verworpen. De uiting strekt ertoe Vomar aan te prijzen als een winkel waar de consument 8.000 producten voor de “laagste prijs” kan kopen, hetgeen onmiskenbaar is bedoeld om de consument aan te spreken die zijn boodschappen zo goedkoop mogelijk wil kopen teneinde deze als klant te behouden. Derhalve is sprake van reclame in de zin van artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Dat de aanprijzing op de achterzijde van een kassabon staat, doet aan dit oordeel niet af. De consument zal op grond van deze tekst kunnen besluiten ook in het vervolg zijn inkopen bij een Vomar-winkel te doen. Grief 1 kan derhalve niet slagen.
3. De overige grieven lenen zich voor gezamenlijke behandeling. In dat kader dient beoordeeld te worden welke interpretatie de gemiddelde consument vermoedelijk aan uiting C zal geven. Deze uiting bevat geen nuanceringen of voorbehouden. Er staat slechts dat Vomar 8.000 producten heeft voor “de laagste prijs”, hetgeen “niet één keer” het geval is, maar “altijd”, wat “de nieuwe Vomar” zou zijn. De mededeling “Niet één keer, maar altijd” benadrukt de tekst “8.000 producten voor de laagste prijs”. Voor zover sprake is van verdere context, betreft dit het woord “voordeelmarkt” onder de naam Vomar en de voorzijde van de uiting waarop kennelijk de prijzen van gekochte producten staan (van de voorzijde is geen kopie overgelegd).
4. Vomar stelt dat zij met uiting C tot uitdrukking wil brengen dat zij prijzen hanteert voor de laagste prijs die voor haar mogelijk is. Het College leidt hieruit af dat uiting C is bedoeld om aan klanten mee te delen dat Vomar aan hen prijzen in rekening brengt die zij zo laag mogelijk tracht te houden, zonder daarbij te impliceren dat deze prijzen vergeleken met andere supermarkten de “laagste” zijn. Deze bedoeling blijkt echter op geen enkele wijze uit uiting C en kan in de context daarvan ook niet als een logische, voor de hand liggende, invulling worden beschouwd. De gemiddelde consument zal het vanzelfsprekend achten dat een supermarkt intern tracht haar prijzen zo laag mogelijk te houden met het oog op haar concurrentiepositie. Deze consument, die tevens bekend is met het gegeven dat supermarkten in reclame onderling prijzen vergelijken, zal een reclame-uiting waarin zonder verdere toelichting wordt gesteld dat een supermarkt voor 8.000 producten de “laagste prijs” hanteert, in deze zin opvatten dat die supermarkt, vergeleken met alle andere supermarkten, voor die producten het goedkoopst is. Hetgeen Vomar naar eigen zeggen met uiting C tot uitdrukking bedoelt te brengen, stemt derhalve niet overeen met de vermoedelijke perceptie van de gemiddelde consument. Het College oor-deelt dat deze consument uiting C letterlijk zal opvatten, te weten dat Vomar met betrekking tot 8.000 artikelen goedkoper is dan elke andere supermarkt.
5. De uiting heeft voor de gemiddelde consument niet het karakter van een algemene, generaliserende slogan. Het betreft in plaats daarvan een feitelijke claim met betrekking tot specifieke en meetbare gegevens (aantal, laagste prijs). De gemiddelde consument zal bij een dergelijke uiting eerder op de juistheid daarvan vertrouwen dan indien sprake is van een uiting met duidelijk overdreven of subjectieve elementen. De bestreden uiting suggereert door het genoemde aantal producten (8.000) en de vermelding “laagste prijs” en de verwijzing naar “voordeelmarkt” een op feiten gebaseerde claim waarbij de prijzen van Vomar voor 8.000 producten het laagst zijn van alle supermarkten. Dat de uiting de achterzijde van een kassabon betreft, acht het College onvoldoende om te oordelen dat de gemiddelde consument die claim niet letterlijk zal opvatten. De combinatie met de vermelde prijzen op de voorzijde van de kassabon onderstreept eerder het feitelijke karakter van de claim.
6. Het College oordeelt op grond van het voorgaande dat uiting C als een feitelijke superioriteitsclaim dient te worden aangemerkt. Vomar maakt deze claim niet waar. Zij heeft op geen enkele wijze aannemelijk gemaakt dat zij, vergeleken met andere supermarkten, 8.000 producten voor “de laagste prijs” (dat wil zeggen het goedkoopst) aanbiedt. Terecht heeft de Commissie uiting C dan ook misleidend geacht. Het College onderschrijft derhalve de beslissing van de Commissie en beslist als volgt.
De beslissing van het College van Beroep
Het College bekrachtigt de bestreden beslissing voor zover in beroep aan de orde.
Voorzitterstoewijzing. De uiting: Het betreft de televisiecommercial en het op adverteerders facebookpagina (www.facebook.com/schollnederland) geplaatste filmpje. In deze uitingen is, na de in beeld verschijnende tekst “Wat als…oud recht geeft op nieuw?”, te zien hoe personen hun oude schoenen of hun auto zonder betaling omruilen voor nieuwe schoenen respectievelijk een nieuwe auto. Vervolgens wordt onder meer gezegd: “Nee, in het echte leven kun je niet de oude spullen voor nieuwe omwisselen. Wel, tot nu. Sluit je aan bij 350 Nederlandse vrouwen. Ruil je oude voetvijl nu in voor de nieuwe Scholl Express Pedi. (…) Ga naar www.scholl.nl om te weten hoe.”
Aanbeveling. De uiting: Het betreft de volgende uitingen voor ‘Alcachofa de Laon’ afslankdrankjes:
Oneerlijke handelspraktijk. De Autoriteit Consument & Markt (ACM) legt Calatus B.V., uitgever van onder andere het puzzelmagazine Editie Enigma, een boete op van in totaal 200.000 euro omdat zij oneerlijke handelspraktijken heeft verricht. Calatus gaf misleidende informatie en liet essentiële informatie over haar aanbod weg in telemarketinggesprekken. Consumenten konden het idee krijgen dat zij gebeld werden voor een gratis exemplaar van een puzzelblad. Het eigenlijke doel was hen een halfjaarabonnement te verkopen. Daarnaast legt ACM boetes op aan drie personen die feitelijk leiding hebben gegeven aan deze overtredingen.
Gedeeltelijke aanbeveling. De uiting: Het betreft de volgende door bol.com op 23 en 24 juli 2015 aan klager verzonden e-mails: welkomst e-mail na het aanmaken van een account, bevestiging van de door klager geplaatste bestelling, mededeling dat klagers bestelling wordt verzonden, mededeling dat klager de bestelling kan betalen, bericht over de bezorging van klagers bestelling en een uitnodiging aan klager tot het geven van zijn mening over een recent contact met de klantenservice van bol.com. De klacht: Klager stelt bij zijn registratie bij bol.com te hebben vermeld geen e-mail te willen ontvangen in verband met: “informatie rondom je aankoop (reviewverzoeken, artikelsuggesties en informatie over onze artikelen en diensten op basis van je eerdere aankopen) inspiratie & acties (persoonlijke aanbevelingen en informatie op basis van je aankopen, bezoekgeschiedenis en algemene (win)acties)”. Klager stelt nergens een vinkje te hebben gezet dat hij een of andere vorm van e-mail wenst te ontvangen. Niettemin heeft hij een welkomstmail (uiting a) ontvangen die een en al aanprijzing van bol.com is, en een bevestiging per e-mail van zijn bestelling (b), die klager als ‘informatie rondom zijn aankoop’ beschouwt en waarin bovendien reclame voor de app van bol.com wordt gemaakt.
Afwijzing. Filmpje Facebook. De uiting: Het betreft een filmpje op de Facebook pagina van adverteerder waarvan de inhoud als volgt wordt omschreven: “Bekijk hier hoe je niet in je eentje voor de kosten opdraait. Je kunt bijvoorbeeld ook je ouders erbij betrekken”. De klacht: Klaagster vindt het schandalig dat het Ministerie van OCW een filmpje opneemt in verband met de wijziging studiefinanciering waarin jongeren vertellen hoe je ouders kunt manipuleren bij te dragen in de studiekosten. Een aantal ouders zou hun kinderen graag tegemoet willen komen in de studiekosten, maar heeft hiertoe onvoldoende financiële middelen. Het filmpje draagt ertoe bij dat deze ouders zich schuldig voelen.
Aanbeveling. Bril. De uiting: Het betreft een televisiecommercial van adverteerder ten behoeve van haar “Gratis Tweede Bril-campagne” waarin door de voice-over wordt gezegd: “Altijd een tweede bril gratis! Voor jezelf of als cadeau voor iemand anders”. De klacht: In de uiting wordt de indruk gewekt dat de consument zonder meer een tweede bril gratis ontvangt. Tijdens een bezoek aan één van de winkels van adverteerder ontdekte klager dat hij een gratis tweede bril kon ontvangen ter waarde van maximaal € 140,-, terwijl in de commercial niet is aangegeven dat de waarde van de (gratis) tweede bril gemaximeerd is. Om die reden acht klager de uiting misleidend.
CvB gedeeltelijke aanbeveling. De uiting: Het betreft de (Engelstalige) verpakking van het product ‘Organic Aloe Vera Toothpaste’ van Dr. Organic. De klacht: Op de verpakking wordt geclaimd dat de tandpasta ‘organic’ oftewel biologisch is. Uit correspondentie met de NVWA en Bionext heeft klaagster begrepen dat een cosmeticafabrikant mag claimen dat zijn product biologisch is, dat hierop niet wordt gecontroleerd, maar dat de fabrikant desgevraagd de juistheid van de claim moet kunnen aantonen. Op klaagsters verzoek daartoe heeft adverteerder geen certificaten kunnen of willen overleggen van onafhankelijke instellingen die waarborgen dat de in de tandpasta gebruikte ingrediënten inderdaad biologisch zijn. Uiteindelijk heeft adverteerder aan klaagster wel de informatie verstrekt dat het hoofdingrediënt van de tandpasta in ieder geval biologisch is, maar een certificerende instantie is niet meegedeeld. Volgens klaagster is sprake van misleiding. CvB bekrachtigd bestreden beslissing.
Afwijzing van het CvB. Huishouden en inrichting. De uiting: Het betreft de televisiecommercial van Blokker die begint met de mededeling van de voice-over: “Wassen, drogen en strijken, daar heeft Blokker echt alles voor”. Te zien is een moeder die met een wasmand de kamer binnenkomt en tegen haar drie zonen, die op de bank zitten te gamen, zegt: “Zo luie wammesen, jullie gaan nú je moeder helpen.” Vervolgens is te zien dat de drie jongens in een Blokker-filiaal door een jonge verkoopster worden geïnformeerd over strijkijzers. Op de vraag van de verkoopster of er verder nog vragen zijn, zegt de oudste jongen: “Bezorg jij ook aan huis?” In de volgende scène staat de moeder in de woonkamer te strijken. Tegen de drie jongens, die buiten naast elkaar gezeten wasgoed op een droogrek hangen, zegt zij: “Jongens, doorwerken!” In het laatste beeld is te zien dat de moeder glimlacht. De pay-off van de commercial luidt: “Blokker, fijn dat we er zijn.”
Afwijzing. De uiting: Het betreft een uiting op de website van adverteerder www.brouwerijkraan.nl, voor zover daar onder de link ‘bieren’ staat: “Kraanwater 8.2. Kraanwater 8.2 stamt nog uit de tijd van het amateurbrouwen vanaf 2001 ben ik aangesloten bij “De Boreftse Brouwers” we waren toen met zo’n 10 brouwers en maakte vier keer per jaar met z’n tienen 5 brouwsels, Ik brouwde elke keer dezelfde omdat ik hem steeds wilde verbeteren en na 5 jaar was ik tevreden. Eerst de lekkere frisheid, dan de zoet met het alcohol en als laatste de kruidige nasmaak die lekker blijft hangen, met Pilsmout en de hoppen Saaz en Styrian Goldings is dit een lekkere zware blonde.”