Olvarit peutermenu - toelaatbare overdrijving
RCC 11 mei 2011, Dossiernrs. 2011/00236 en 2011/00236A (Olvarit peutermaaltijd)
Reclamerecht. Televisiecommercial over Olvarit peutermenu. Daarin zie je peuters die hun bordje groenten niet opeten en wordt gezegd dat 79% van de peuters te weinig groente binnen krijgt. Klager 1 stelt dat er niet wordt gerefereerd aan wetenschappelijk onderzoek en dat er sprake is van overdrijving waardoor ouders schuldgevoel wordt aangepraat. Klager 2 stelt dat er sprake is van onjuiste weergave werkelijkheid omdat losse groenten worden afgezet tegen samengestelde maaltijd. Verweerder stelt dat uiting gebaseerd is op onderzoeksrapport RIVM, geen bedoeling om schuldgevoel te creëren, alleen groenten tegenover Olvarit afzetten is om boodschap duidelijk te maken, niet om te impliceren peuters alleen groenten voor te zetten.
Commissie oordeelt dat verweerder voldoende aannemelijk gemaakt dat percentage is gebaseerd op rapport RIVM, dit onderdeel van klacht 1 treft daarom geen doel. Ook is de grens van het toelaatbare niet overschreden als het gaat over aanpraten schuldgevoel. Wijst klacht 1 af. Commissie oordeelt over klacht 2 als volgt: sprake van duidelijke en herkenbare overdrijving dus toelaatbaar, wijst klacht 2 ook af.
2011/00236. Tegenover de niet onderbouwde ‘inschatting’ van klager dat het in de commercial genoemde percentage peuters dat te weinig groenten binnen krijgt niet juist is, heeft adverteerder naar het oordeel van de Commissie voldoende aannemelijk gemaakt dat het genoemde percentage van 79% is gebaseerd op onderzoeksresultaten van het RIVM.
Dit onderdeel van de klacht treft daarom geen doel.
2011/00236A. In de commercial wordt meegedeeld dat uit onderzoek is gebleken dat 79% van de peuters te weinig groenten binnen krijgt. Deze boodschap wordt geïllustreerd met beelden van peuters die met de op hun bord liggende groenten spelen en deze niet opeten. Het tonen van enkel groenten op een bord is geen weergave van een werkelijke maaltijd zoals deze aan peuters zal worden voorgezet. Naar het oordeel van de Commissie maakt dit de uiting echter niet misleidend, nu de beelden een voor de consument duidelijke en herkenbare overdrijving bevatten om het onderwerp van de uiting -het eten van groenten door peuters- te benadrukken. Een dergelijke duidelijke en herkenbare overdrijving wordt toelaatbaar geacht.
Lees de gehele uitspraak 2011/00236 hier (link en pdf)
Lees de gehele uitspraak 2011/00236A hier (link en pdf )

Directeur Bekkers van het Nicam, de organisatie achter Kijkwijzer, pleit voor een Europese versie van het beoordelingssysteem. Tesamen met haar buitenlandse zusterorganisaties gaat Nicam initiatieven hiervoor nemen. Het aanbod van programma's en films wordt steeds groter en internationaler, ook door de opkomst van het kijken via internet, en hierdoor wordt advisering aan ouders en kinderen omtrent de geschiktheid van programma's steeds belangrijker volgens Bekkers. Op dit moment heeft Turkije Kijkwijzer al overgenomen en heeft IJsland ook interesse. Bekkers zegt dat een uniforme aanpak ook een gelijk speelveld voor alle aanbieders zal creëren. Momenteel zijn buitenlandse zenders die in Nederland uitzenden niet verplicht Kijkwijzer toe te passen.
Reclamerecht. Uitingen van de Nederlandse Energie Maatschappij. Vergelijking met Essent en Nuon waar verband wordt gelegd tussen overnames en omhoog gaan prijzen. Klagers achten deze uitingen oneerlijk, misleidend en discriminerend. Commissie oordeelt dat verweerder onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat verband tusen overname en prijsverhoging bestaat. Acht de suggestie daarom onjuist (art. 8.2 onder d
Reclamerecht. Televisiecommercial van Nespresso met George Clooney. Klager vindt reclame misleidend nu nespressocups niet in winkel kunnen worden gekocht, discriminerend nu cups alleen verkocht worden aan leden van de Nespressoclub en kwetsend omdat er gesuggereerd wordt dat in hemel geen cups te krijgen zijn.
Reclamerecht. Televisiecommercial van Vifit dat zich afspeelt op een naturistencamping in een besneeuwd wintergebied. Klager ergert zich aan het bloot in de reclame, omdat dit slachtoffers van seksueel misbruik van streek kan maken. Ook stoort klager zich aan tijdstip van uitzending omdat kleine kinderen dan nog wakker zijn. Verweerder stelt dat mensen in het algemeen de link tussen bloot en seksueel misbruik niet leggen en dat hij daarom er geen rekening mee hoefde te houden. Ook zijn getoonde beelden volgens verweerder niet schadelijk of ontoelaatbaar. Verweerder stelt dat consumenten zullen begrijpen dat er sprake is van humoristische overdrijving.
Reclamerecht. Televisiecommercial voor Zalando dat zich afspeelt op naturistencamping. Klager 1 maakt bezwaar over tijdstip van uitzending ('s middags), nu er pornografische beelden in voorkomen en kinderen op dat tijdstip naar televisie kijken. Klager 2 stelt dat het bloot in de reclame geen functie heeft, vervagen intieme delen vooroordelen versterkt en naturisme belachelijk wordt gemaakt. Verweerder stelt over klacht 1 dat er geen sprake is van pornografische beelden, kinderen er niet bij betrokken worden en dat uiting ook niet op kinderen is gericht. Over klacht 2 stelt verweerder dat naturisten juist in positief daglicht worden gesteld, er sprake is van humoristische overdrijving en intieme delen vervaagd worden om jonge kijkers te beschermen.
Reclamerecht. Televisiecommercial van C-1000 waarin aanbieding voor DE koffie wordt vermeld. Klager stelt dat niet duidelijk is in de uiting dat, maar max. 4 pakken koffie per klant kunnen worden gekocht en acht de uiting misleidend. Verweerder stelt dat in de televisiecommercial onvoldoende tijd en ruimte beschikbaar is voor vermelden van de beperking. In de C-1000 reclamefolder wordt de beperking wel vermeld en verweerder vindt dat hiermee voldoende duidelijk is gecommuniceerd naar de klanten. De Commissie oordeelt dat de beperking van wezenlijk belang is en daarmee vermeld dient te worden in de televisiecommercial. Verwijzing naar folder is niet voldoende en Commissie ziet niet in waarom televisiecommercial niet voldoende ruimte biedt voor vermelden beperking. Daarom is volgens de Commissie sprake van een omissie (art. 8.3 aanhef en onder C 
RCC 18 april 2011, Dossiernr. 2011/00198 (Eredivisie Live bij bonusactie AH)