RB
Gepubliceerd op dinsdag 9 juli 2013
RB 1835
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

AH Merkmini's zijn corresponderende merkproducten

CvB RCC 3 juli 2013, dossiernr. 2013/00198 (Gratis keukenmini’s)
Bevestiging afwijzing van de klacht. Het betreft de onderstaande reclame-uitingen betreffende de “gratis keukenmini’s”:- de posters aangebracht op de winkelruiten en in de winkels met de tekst “Jij kan alles maken!” en “gratis keukenmini’s”, en - de televisiereclame, waarin men kinderen boodschappen ziet doen, en waarin onder meer gezegd wordt “Je kunt nu keukenmini’s verzamelen bij Albert Heijn. We hebben 50 nieuwe mini’s voor in je keukentje. () Dus de komende weken zorgen de kinderen voor het eten. (…) Gratis keukenmini’s bij elke € 15,- aan boodschappen. Gewoon bij Albert Heijn”. 

De klacht - Klaagster, moeder van twee dochters van 3 en 5,  voelt zich door de overdaad aan de mede op kinderen gerichte reclame als het ware gedwongen om bij adverteerder boodschappen te doen, waardoor deze manier van reclame maken in strijd is met artikel 14 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Adverteerder zet weliswaar kinderen niet rechtreeks aan als bedoeld in artikel II sub 2 van de Kinder- en Jeugdreclamecode (KJC), maar bedient zich van agressieve reclame omdat de campagne geen ander doel heeft dan om de gemiddelde ouder te doen besluiten om boodschappen bij adverteerder te doen waardoor de keuzevrijheid wordt beperkt.

 

De keukenmini’s, die door de producenten in kwestie worden gesponsord, zijn in strijd met de Reclamecode voor Voedingsmiddelen (RVV) omdat de producenten daarmee reclame maken gericht op kinderen jonger dan 7 jaar. De mini’s zijn niet herkenbaar als reclame-uiting voor de producten in kwestie, zodat deze in strijd zijn met artikel 11 NRC.

De beslissing van de Reclame Code Commissie van 7 mei 2013: De Commissie wijst de klacht af.

Het College van Beroep [3 juli 2013]
De grief - De Commissie heeft een deel van de klacht buiten beschouwing gelaten. Het betreft het gedeelte van de klacht dat is ge­richt tegen alle zogenaamde merkmini's, dat wil zeggen mini’s in de vorm van een kleine verpakking van een voedingsmiddel van een A-merkfabrikant. De Commissie had de merkmini’s dienen te toetsen aan de Reclamecode voor Voe­dingsmiddelen (RVV). Indien de Commissie de merkmini’s bij haar beoordeling had betrokken en deze aan de RVV zou hebben getoetst, zou zij hebben geoordeeld dat sprake is van reclame voor voedingsmiddelen. Deze re­clame is oneerlijk in de zin van artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

6. De grieven treffen op grond van het voorgaande uitsluitend doel voor zover de Commissie de merkmini’s niet als reclame-uitingen voor de corresponderende voedingsmiddelen (merkproducten) heeft aangemerkt. Dit kan appellante evenwel niet baten, nu deze reclame-uitingen toelaatbaar zijn. Het College komt aldus, zij het op andere gron­den, tot dezelfde uitkomst als de Commissie. Derhalve wordt beslist als volgt. 

De beslissing van het College van Beroep
Het College bevestigt de beslissing van de Commissie voor zover in beroep aan de orde en met wijziging van gronden.