Vorderingen misleidende en vergelijkende reclame afgewezen
Rechtbank ’s-Hertogenbosch, 3 december 2009, LJN: BG8960, Cyclomedia Technology B.V. tegen Ferro Informatie Systemen B.V.,
Merkenrecht. Reclamerecht. Bedrijfsgeheimen. Panoramische foto’s. Geen sprake van onrechtmatige kennisname van bedrijfsvertrouwelijke informatie. geen ongeoorloofde vergelijkende reclame. Term 'Cyclorama' geniet geen merkenrechtelijke bescherming en ook op andere gronden is gebruik van de term niet verboden. Er is niet gebleken van bijzondere omstandigheden die gebruik van term 'Cyclorama' onrechtmatig maken. De term “specialist” is in de regel niet voorbehouden aan slechts 1 persoon/bedrijf of instelling.
Eiser Cyclomedia brengt “op grootschalige en systematische wijze de omgeving in kaart door middel van speciale digitale panoramische foto’s die een 360 º beeld geven van gefotografeerde omgeving” en stelt in 2005 een opnamevoertuig ter beschikking aan gedaagde Ferro, tegen betaling en na ondertekening van een geheimhoudingsverklaring. In 2006 breidt Ferro haar dienstverlening uit met 360 º fotografie. Beide ondernemingen duiden hun product aan met de naam cyclorama. De factuur voor het gebruik van het opnamevoertuig is onbetaald gebleven.
Eiser Cyclomedia stelt dat Ferro de geheimhoudingsovereenkomst heeft geschonden en zich bedient van misleidende en vergelijkende reclame. De vorderingen worden afgewezen.
Geheimhouding: “4.7.3. Gesteld noch gebleken is voorts dat Ferro Informatie Systemen B.V. tijdens het gebruik van het opnamevoertuig software heeft gekopieerd of anderszins heeft misbruikt. De rechtbank acht verder onvoldoende onderbouwing voorhanden voor de – betwiste - stelling dat Ferro Informatie Systemen B.V. gebruik maakt of heeft gemaakt van technische apparatuur, materialen, faciliteiten en documentatie van CycloMedia Technology B.V. Zij heeft hierbij in aanmerking genomen dat Ferro Informatie Systemen B.V. reeds ter comparitie heeft gesteld dat zij aanvankelijk gebruik heeft gemaakt van bestaande software (Quick time van Apple) en nadien van een vrij toegankelijke fotoviewer uit Italië. Aan de hand van ervaren gebruiksbeperkingen heeft Ferro Informatie Systemen B.V. naar haar zeggen eigen software (laten) ontwikkelen, die niet gelijk is aan die van CycloMedia Technology B.V. Het had op de weg van CycloMedia Technology B.V. gelegen om tegenover deze gemotiveerde betwisting van haar bovenaangehaalde stelling, feiten en omstandigheden te stellen ter ondersteuning van die stelling.
Dit klemt temeer nu CycloMedia Technology B.V. zelf in de dagvaarding heeft vermeld dat Ferro Informatie Systemen B.V. een eigen systeem heeft ontwikkeld. CycloMedia Technology B.V. heeft nadere onderbouwing echter achterwege gelaten en ook heeft zij geen enkele onderbouwing gegeven voor haar terloopse (want tussen haakjes gezette) stelling dat er sprake zou zijn van een cameratechnologie waarop octrooi zou rusten. Aan die stelling gaat de rechtbank mitsdien voorbij. Tenslotte is de rechtbank van oordeel dat bij gebrek aan deugdelijke onderbouwing, niet kan worden aangenomen dat Ferro Informatie Systemen B.V. met behulp van de enkele kennis die is opgedaan tijdens instructie en gebruik van het voertuig gedurende 1 weekend, in staat is geweest om zich de technologie van CycloMedia Technology B.V. eigen te maken. Dit geldt zeker nu gesteld is dat deze technologie het resultaat is geweest van jarenlange inspanningen.”
Misleidende en vergelijkende reclame: “4.8. CycloMedia Technology B.V. heeft ter toelichting op haar stellingen terzake aangevoerd dat Ferro Informatie Systemen B.V. zich in een door haar uitgegeven brochure en in een mailing op ontoelaatbare wijze met CycloMedia Technology B.V. vergelijkt. Zij presenteert zich ten onrechte als specialist in cyclorama’s. Ook brengt zij haar producten onder die naam (cyclorama’s) op de markt, terwijl dit geen soortnaam is maar een aanduiding die een eigen plaats op de markt gekregen heeft en synoniem is met de producten van CycloMedia Technology B.V.. (…)
4.10.3 Indien er veronderstellenderwijs vanuit zou worden gegaan dat er in casu sprake is van vergelijkende reclame, dan rijst de vraag of die geoorloofd is. Bij beantwoording van die vraag acht de rechtbank in de eerste plaats van belang dat de term “cyclorama” geen merkenrechtelijke bescherming geniet. Verder is gesteld noch gebleken dat er op andere gronden een verbod rust op het gebruik van die aanduiding voor 360° fotografie. Dit betekent naar het oordeel van de rechtbank dat het Ferro Informatie Systemen B.V. in beginsel is toegestaan om die aanduiding te gebruiken, tenzij er sprake zou zijn van bijzondere omstandigheden die het gebruik van de term “cyclorama” door Ferro Informatie Systemen B.V. onrechtmatig zou maken. In dit verband zijn door CycloMedia Technology B.V. geen andere omstandigheden aangevoerd dan die ter onderbouwing van haar standpunt dat sprake is van misleidende en/of ongeoorloofde vergelijkende reclame. De rechtbank zal zich mitsdien tot de beoordeling van die aspecten beperken.
4.10.4 Uit de stellingen van CycloMedia Technology B.V. volgt dat het gestelde verwarringsgevaar zijn grond vindt in juist het – op zichzelf toegestane - gebruik van de term “cyclorama” in de brochure en mailing van Ferro Informatie Systemen B.V.. De rechtbank is van oordeel dat CycloMedia Technology B.V. onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld om te kunnen concluderen dat het enkele gebruik van die term in de brochure en mailing van Ferro Informatie Systemen B.V. verwarringsgevaar heeft of kan doen ontstaan. Voor het kunnen aannemen van verwarringsgevaar is tenminste nodig dat met behulp van concrete feiten en omstandigheden duidelijk wordt gemaakt dat het publiek (in de zin van de gemiddelde oplettende afnemer van het product) zou kunnen menen dat het product, dat in de (onmiskenbaar door Ferro Informatie Systemen B.V. uitgebrachte) brochure en mailing wordt aangeprezen, afkomstig is van CycloMedia Technology B.V. of van een aan CycloMedia Technology B.V. gelieerd bedrijf.
De omstandigheid dat Ferro Informatie Systemen B.V. – als cartografisch bedrijf – al jaren als zelfstandig bedrijf opereert op de markt van overheidsinstellingen, wat ook de markt is voor 360° fotografie, maakt het gestelde verwarringsgevaar zonder andere concretisering, die ontbreekt, onvoldoende aannemelijk. .Evenmin is voldoende feitelijke onderbouwing verstrekt om te kunnen concluderen dat de goede naam van het door CycloMedia Technology B.V. op de markt gebrachte product is geschaad. De enkele omstandigheid dat de foto’s van Ferro Informatie Systemen B.V. minder mogelijkheden zouden hebben dan die van CycloMedia Technology B.V. acht de rechtbank ontoereikend. Er zijn geen omstandigheden aangevoerd die erop zouden kunnen duiden dat de in 360° fotografie geïnteresseerde markt – merendeels bestaande uit grote professionele publieke en semi-publieke instellingen – een minder veelzijdige bruikbaarheid van het product van Ferro Informatie Systemen B.V. (zo daar al sprake van zou zijn) mede zou toerekenen aan CycloMedia Technology B.V. door het enkele gebruik van dezelfde terminologie.
De stelling als zou het product van CycloMedia Technology B.V. als te duur worden afgeschilderd acht de rechtbank niet houdbaar. Zij tekent hierbij aan dat Ferro Informatie Systemen B.V. in haar brochure/mailing in dit verband de mogelijkheid vermeldt om niet voor het hele pakket aan fotografie en onderhoud te opteren maar voor het laten inrichten van een eigen bedrijfsauto van de klant en de fotografie in eigen beheer te houden dan wel te opteren voor gedeeltelijk periodiek onderhoud.
Ook de stelling dat er sprake is van een oneerlijk behaald voordeel acht de rechtbank onvoldoende feitelijk onderbouwd en in het licht van al hetgeen hiervoor is overwogen niet houdbaar.
4.10.5 Tenslotte is de rechtbank van oordeel dat er door CycloMedia Technology B.V. onvoldoende feiten en omstandigheden zijn gesteld om te kunnen concluderen dat er anderszins sprake is van misleidende mededelingen in de brochure en/of mailing van Ferro Informatie Systemen B.V.. Dat Ferro Informatie Systemen B.V. zichzelf als specialist in cyclorama afficheert, acht de rechtbank ontoereikend. De term “specialist” is in de regel niet voorbehouden aan slechts 1 persoon/bedrijf of instelling. Ferro Informatie Systemen B.V. legt zich sinds medio 2006 mede toe op 360° fotografie, als specialisatie naast cartografie. De rechtbank ziet niet in dat het bezigen van de kwalificatie specialist in een wervingsbrochure/mailing ten opzichte van andere op dit vlak gespecialiseerde bedrijven als misleidend of anderszins onrechtmatig heeft te gelden.”
Lees het vonnis hier.
Zelfregulering van binnenuit bekeken
In de adformatie van november 2008 beantwoordt Prisca Ancion (Directeur van de Stichting Reclame Code) vragen over zelfregulering. Wat is ook alweer de principiële opvatting van de SRC om zélf te reguleren en niet door de overheid?
Lees hele interview hier.
Bron: De discussie moet je van binnenuit voeren - Adformatie 6 november 2008
Geen overgang aansprakelijkheid
Rechtbank Utrecht 26 november 2008 , LJN: BG5398: Geen overgang aansprakelijkheid misleidende reclame. Aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van een rechtsvoorgangster in precontractuele fase gaat niet op Groeivermogen over door contractsoverneming.
De rechtbank overweegt het volgende.
"2.5 Bij een contractsoverneming in de zin van artikel 6:159 lid 1 BW gaat de gehele rechtsverhouding tussen de overdragende partij en de derde over op de toetredende partij, in dit geval Groeivermogen. Dit betekent dat alle vorderingen en schulden die de overdragende partij, uit hoofde van die betreffende overeenkomst(en) heeft, overgaan. Aansprakelijkheid gebaseerd op onrechtmatige daad, derhalve niet op grond van de overeenkomst, valt hier in beginsel niet onder. Bovendien geldt dat wanneer sprake is geweest van een zorgplichtschending door KBW, deze plaats heeft gehad in de precontractuele fase.
Dat partijen in het onderhavige geval op dit punt iets anders zijn overeengekomen is niet gebleken. Uit de overgelegde stukken blijkt immers niet dat KBW en Groeivermogen in de overeenkomst van 29 december 1997 expliciet zijn overeengekomen eventuele aansprakelijkheden uit onrechtmatige daad over te dragen. Niet is dan ook gebleken dat [eiser c.s.] Groeivermogen kan aanspreken voor de door haar gestelde zorgplichtschending door KBW. Ook het meer meer subsidiair gevorderde zal derhalve worden afgewezen."
Lees vonnis hier.
Wat moet iedereen weten over misleidende reclame!
In de rubriek Mr. van de dag op de website van Mr. is Mr. Madeleine de Cock Buning aan het woord. Zij wordt geinterviewd naar aanleiding van een lezing die zij morgen geeft over oneerlijke handelspraktijken en misleidende reclame tijdens het congres over merken- en modellenrecht in Amsterdam. De redactie van Mr. stelt de vraag;
"Wat moet iedereen weten over misleidende reclame?"
Mr. Madeleine de Cock Buning antwoord hierop is:
"Voor juristen: dat de (omgekeerde) bewijslast van de juistheid van een claim berust bij de adverteerder. Voor consumenten: dat concurrenten elkaar heel goed in de gaten houden zodat het wel meevalt met de misleidende reclame in Nederland. Voor concurrenten: dat je bij overtreding van de Richtlijn 2005/29/EG Oneerlijke Handelspraktijken vermoedelijk bij de gewone rechter en zeker bij de Reclame Code Commissie terecht kunt."
Lees hier meer.
Bron: www.mr-online.n
Uitspraken College van Beroep RCC
Verantwoordelijkheid door aanbieder van realtones voor reclame, gemaakt na het verbreken van relatie met zijn affiliate. Het College van Beroep vernietigde een beslissing van de Commissie, waarbij de Commissie een aanbieder van realtones verantwoordelijk achtte voor reclame waarin een gratis realtone van die aanbieder werd aangeprezen.
Televisiereclame met Heineken E-Squad NIET in strijd met artikel 2 Reclamecode voor Alcoholhoudende dranken (RVA). Het College van Beroep vernietigde de beslissing van de Commissie dat een televisiereclame, waarin Heineken volgens de Commissie matige alcoholconsumptie op negatieve manier zou hebben afgebeeld.
Verplichte schoonmaakkosten per verblijfseenheid (Reclamecode Reisaanbiedingen)
Het College bevestigde een beslissing van de Commissie dat de verplichte schoonmaakkosten per verblijfseenheid in een advertentie van een aanbieder van reizen hadden dienen te worden opgenomen.
Lees hier meer.
Bron: Nieuwsbrief RCC
Naleving zelfregulering
De basis van zelfregulering is dat adverteerders gehoor geven aan de uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep en de bewuste reclame-uiting terugtrekken of aanpassen. De afdeling Monitoring & Compliance Service van de Reclame Code Commissie gaat elk kwartaal na of uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep worden opgevolgd (Compliance). Zij is opgezet met de bedoeling om met onderzoek het effect van zelfregulering duidelijk te maken en om te laten zien dat het adverterend bedrijfsleven zijn verantwoordelijkheid neemt.
De resultaten van het derde kwartaal 2008:
- Beslissingen door de (Voorzitter) Reclame Code Commissie (=RCC). Van de 83 aanbevelingen, conformeerden 74 adverteerders zich aan de uitspraken (= 89%).
- Beslissingen door het College van Beroep (=CVB). Van de 11 aanbevelingen, conformeerden 8 adverteerders zich aan de uitspraken (= 73%).
Bron: Nieuwsbrief van de Reclame Code Commissie.
Uitspraken RCC
In een radioreclame wordt onder meer het volgende gezegd: "In zijn hele leven had een kip nog nooit zoveel ruimte, als bij jou in de oven." Naar het oordeel van de Commissie heeft adverteerder voldoende aannemelijk gemaakt dat een kip in de fase voordat hij wordt geslacht, minder ruimte heeft dan in de oven en dat dit voor vrijwel alle kippen geldt. Naar het oordeel van de Commissie kan daarom niet gezegd worden dat de uiting in strijd is met de artikelen 1 en 8 van de Nederlandse Reclame Code. [geen beroep ingesteld]
Een bedrijf dat zich bezighoudt met ICT-problemen stuurt aan klanten een mailing waarop een Paracetamol pijnstiller is geplakt. De klacht is gebaseerd op artikel 71 lid 1 Geneesmiddelenwet. Ingevolge deze bepaling dient de verpakking van een geneesmiddel een bijsluiter te bevatten. Nu adverteerder geen bijsluiter bij de brief heeft gevoegd en ook niet op andere wijze de hiervoor bedoelde informatie heeft verschaft, heeft adverteerder gehandeld in strijd met artikel 71 Geneesmiddelenwet en dus heeft de adverteerder artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code geschonden. (geen beroep ingesteld)
Lees hier meer.
Folders Hans Textiel
Wie het vonnis heeft mag het mailen. Adformatie bericht dat het AD bericht dat de Hema een rechtszaak heeft verloren tegen Hans Textiel. “De retailer vindt dat er een te grote gelijkenis is tussen uiterlijk van de reclamefolders en zijn eigen folders.Maar de rechter oordeelt anders over deze aantijgingen, meldt Het Financieele Dagblad. Hema had een proces aangespannen tegen Hans Textiel omdat het van mening is dat deze textielketen de reclame van Hema imiteert. De Hema valt over de lay-out van de folders, maar ook de naam Hans die associaties zou oproepen met Hema.
De folders van Hans Textiel verschillen in hun ontwerp van die van Hema, aldus het vonnis van de rechter. De gedrukte reclame van de winkelketen Hans, die jaarlijks 60 miljoen folders huis-aan-huis verspreidt, onderscheidt zich door andere kleuren en lettertypen. Ook het formaat is anders, evenals de soort papier. En in tegenstelling tot Hema maakt Hans in zijn folders gebruik van poserende fotomodellen. Ook met de aanduiding Hans heeft de rechter geen moeite. De namen van de beide winkels lijken niet op elkaar en bovendien wordt Hans in een ander lettertype geschreven dan Hema.”
Ook een reclamecode voor sms-diensten
(Met dank aan Els Leuftink van advocatenkantoor Kennedy van der Laan) Zelfregulering van reclames lijkt een steeds grotere rol te gaan spelen in de reclamewereld. Met name zelfregulering van geneesmiddelen- en alcoholreclames zijn momenteel hot items zowel in Den Haag als in de betreffende bedrijfstakken (lees eerdere berichten hierover hier). Niet voor niets stond de toekomst van zelfregulering centraal op het op 13 november jl. door de Stichting Reclame Code (SRC) georganiseerde symposium. De betrokken partijen bleken het met name eens te zijn over het feit dat zelfregulering van grote waarde is voor zowel de consument als het adverterend bedrijfsleven. Ook op het gebied van sms-dienstverlening heeft men dit onderkend.
Op initiatief van een aantal aanbieders van sms-diensten (denk hierbij aan ringtones, realtones en tekstdiensten als horoscopen en moppen) is in juli van dit jaar de Stichting SMS-Gedragscode opgericht. De Stichting heeft als doel te waarborgen dat sms-diensten in overeenstemming met de sms-gedragscode worden aangeboden. De sms-gedragscode bevat afspraken tussen marktpartijen over hoe sms-diensten moeten worden aangeboden. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen eenmalige sms-diensten en abonnementsdiensten. De afspraken gaan over aanmeldbevestigingen, welke afkortingen wel en niet mogen worden gebruikt en over hoe reclame mag worden gemaakt voor sms-diensten. Dit laatste punt is vervat in de reclamecode voor sms-diensten. Deze code bepaalt onder meer dat reclame voor sms-diensten geen mededelingen, afbeeldingen, suggesties of omissies mag bevatten waardoor de gebruiker misleid kan worden over de aard en kenmerken van de aangeboden diensten en producten, de prijs en de wijze van berekening daarvan. Daarnaast zijn in de sms-reclamecode minimumeisen opgenomen die door aanbieders van sms-diensten in acht moeten worden genomen bij de aanmeldingsprocedure. Deze eisen komen erop neer dat de aanmelding voor een sms-dienst niet misleidend mag zijn. Zo dient onder meer duidelijk te zijn wat de voornaamste kenmerken van het product zijn, wat de prijs en de frequentie per week is, wat de naam van de aanbieder is, waar deze bereikbaar is en hoe een abonnementsdienst kan worden gestopt. Op www.smsgedragscode.nl vindt men voorbeelden van een internet aanmeldscherm en een televisie commercial die aanbieders van sms-diensten kunnen gebruiken.
Lees sms reclamecode hier.
De sms-reclamecode is ter goedkeuring voorgelegd aan de SRC. Wanneer de SRC de reclamecode aanvaardt, kan de Reclame Code Commissie (RCC) overgaan tot toetsing van klachten van een ieder die bezwaar heeft tegen de per sms ontvangen reclame-uiting. En dat is wenselijk, omdat bij de RCC veel klachten binnenkomen over sms-reclames.
Staatsecretaris Heemskerk van Economische Zaken heeft onlangs antwoord gegeven op kamervragen over de reclamecode voor sms-diensten. De regering zegt de reclamecode van harte te ondersteunen. Misleidende reclame zou een groot deel van de problemen met sms-diensten vormen. Wanneer sms-dienstaanbieders in voldoende mate hun aanbiedingen transparant maken, zou het voor potentiële consumenten beter inzichtelijk zijn wat zij van de sms-dienstaanbieder kunnen verwachten en tegen welke voorwaarden. Of zelfregulering in dit kader voldoende effectief is, zal volgens de staatssecretaris moeten blijken.
Gezondheidsclaims
Het gebruik van claims op voedingsmiddelen in Europa is - door de inwerkingtreding van de claimsverordening, de VERORDENING (EG) Nr. 1924/2006 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 december 2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen - aan banden gelegd.
Lees hier meer.