RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Misleidende en vergelijkende reclame  

RB 736

"En de tweede helft pas over twee jaar"

RCC 7 maart 2011, Dossiernrs. 2011/00083, 00083A, 00084, 00085 (Suzuki 50/50 deals)

Reclamerecht. Het betreft een televisiereclame (en vrijwel dezelfde vermelding op website) waarin onder meer wordt gezegd: "De nieuwe Suzuki Alto / Swift is er nu al vanaf EUR 3.999,- / 5.569,-" ... "Ja, u hoort het goed, de Suzuki Swift al vanaf EUR 5.569,-. En de tweede helft betaalt u pas over 2 jaar, zonder rente. Kijk op Suzuki.nl". Klacht: De auto is in werkelijkheid tweemaal zo duur als de genoemde prijs, ook het woord "nu" onderstreept de totaalprijs, wat niet zo is en daarom is de uiting misleidend. Verweer: De uiting noemt een tweede deelbetaling. Deze bedragen vormen samen de volledige koopsom. Oordeel: Misleidende prijs. Aanbeveling om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Het oordeel van de commissie

Het is niet voldoende duidelijk of genoemd bedrag gelijk is aan de totale voor de auto te betalen prijs, dan wel aan de helft van de totaalprijs die men uiteindelijk - twee jaar later - zal hebben betaald. Geen duidelijke informatie over de prijs (art. 8.2 aanhef en onder d NRC). Dat op de website nadere informatie wordt gegeven over het aanbod, zoals bijvoorbeeld over de "Totale prijs van het krediet", neemt de onduidelijkheid onvoldoende weg. Bovendien kan de gemiddelde consument een besluit over een transactie nemen, dat hij anders niet had genomen, waardoor de uiting ook misleidend en daardoor oneerlijk is (art. 7 NRC).

Wel voldoende duidelijk is: "U betaalt voor deze nieuwe Suzuki Splash nu EUR 4.649,-. En de andere helft over twee jaar". Ook geen onjuiste suggestie omtrent het moment van eigendomsovergang.

Lees de uitspraken hierr: 00083, 00083A, 00084 en 00085) en hier(samengestelde pdf)

Regeling: NRC (nieuw) artikel 7, 8.2 aanhef en onder d.

RB 730

Volgorde en naam pakketten: stijgende dekking?

RCC 17 februari 2011, Dossiernr: 2010/00801 (Avéro Achmeao - alternatieve geneeswijzen)

Reclamerecht. Vergoeding van alternatieve geneeswijzen in aanvullende verzekeringen van Avéro Achmea online; (klik plaatje(vergroting) of hier(pdf) voor uiting) misleiding voornaamste kenmerken, product, ontbrekende informatie. Aanvullend pakket Start, Extra, Royaal en Excellent suggereert een stijgende lijn in de dekking van de pakketten; bij Excellent-pakket aantal (niet-)artsen wiens behandelingen worden vergoed is kleiner, en niet-expliciete vermelding van te vergoede behandelingen; terwijl bij Start-pakket wel vermeld.

Verweer: geen reclame; voor aspirant-verzekerden. Met de aanvullende informatie waarnaar op de website wordt verwezen is een duidelijk en overzichtelijk beeld gegeven rondom vergoeding alternatieve geneeswijzen in aanvullende verzekeringen. RCC: overgangsrecht; oordeel naar oude definitie "reclame"; volgorde waarin de pakketten zijn opgenomen ontstaat de indruk een stijgende lijn in dekking en vergoedingen. Hyperlinken naar een compleet dekkingsoverzicht en de polisvoorwaarden is onvoldoende om de onduidelijkheid in de gewraakte uiting weg te nemen. RCC acht strijd met art. 7 NRC.

Het oordeel van de Commissie
 
1. In de eerste plaats dient beoordeeld te worden of de bestreden uiting reclame betreft in de zin van de Nederlandse Reclame Code. Met ingang van 1 januari 2011 is het aangepaste artikel 1 NRC, waarin wordt gedefinieerd wat onder reclame moet worden verstaan, in werking getreden. Krachtens het daarbij geldende overgangsrecht moeten klachten die zijn ingediend voor 1 januari 2011 en betrekking hebben op uitingen die zijn gepubliceerd in 2010 en niet meer in 2011 worden beoordeeld met toepassing van de definitie van  reclame in het oude artikel 1 NRC.

Nu de onderhavige klacht is ingediend in oktober 2010 en niet is gebleken dat de bestreden webpagina ook in 2011 in deze vorm is gehandhaafd, beantwoordt de Commissie de vraag of sprake is van een reclame-uiting aan de hand van het tot 1 januari 2011 geldende artikel 1 NRC. Hierin is bepaald dat onder reclame wordt verstaan iedere openbare aanprijzing van goederen, diensten of denkbeelden, alsmede het vragen van diensten. Naar het oordeel van de Commissie bevat de bestreden uiting openbaar beschikbare informatie die een aanprijzing inhoudt van de aanvullende verzekeringen van verweerder. Blijkens mededeling van verweerder is de uiting gericht op aspirant-verzekerden, wat het wervende karakter van de uiting onderstreept. Gelet hierop wordt de bestreden uiting beschouwd als een reclame-uiting in de zin van de NRC.
 
2. De vier aanvullende verzekeringspakketten zijn genaamd Start, Extra, Royaal en Excellent. Door de volgorde waarin de pakketten zijn opgenomen in de uiting en door de benaming ontstaat de indruk dat een volgend pakket wat betreft dekking en vergoedingen een uitbreiding betekent van het voorafgaande pakket. Vast is komen te staan dat dit met betrekking tot de dekking van alternatieve geneeswijzen niet het geval is. Bij het Start-pakket is sprake van een dekking voor een breed scala aan alternatieve geneeswijzen, terwijl de dekking bij het Excellent-pakket beperkt blijkt te zijn tot een limitatieve opsomming van artsen en overige zorgverleners.

Deze beperking, waarop de consument niet bedacht hoeft te zijn, wordt in de bestreden uiting niet vermeld. Het opnemen van een link naar een compleet dekkingsoverzicht en de polisvoorwaarden is onvoldoende om de onduidelijkheid in de gewraakte uiting weg te nemen.
 
3. Gelet op het voorgaande is de uiting gepaard gegaan met onduidelijke of dubbelzinnige informatie over de aard van de door verweerder aangeboden aanvullende verzekeringen als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en sub a van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over de transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Lees de uitspraak hier(link) en hier(pdf).

Regeling: NRC (nieuw) art. 7, NRC (nieuw) art. 8.2 onder a; oude definitie reclame

RB 725

"kokend water"

©Zip Hydro TapHof ’s-Gravenhage, 15 maart 2011, LJN BP8195, zaaknr. 200.011.557/01, Henri Peteri B.V. tegen Ab Power Selling (met dank aan Vivienne Verlinden-Masson, Plas Bossinade).

Reclamerecht. Vergelijkende reclame; misleiding omtrent "kokend", "kokend heet" en "boiling" al dan niet icm aanduiding product (zijnde "water"). Water kookt slechts bij 100oC, en dat is niet het geval bij de Zip Hydro Tap, meent Henri Peteri itt de door hem aangeboden Quooker. Het hof bekrachtigt het vonnis van de Rechtbank ‘s-Gravenhage, 6 februari 2007, IEF 3422). Perceptie van het begrip “kokend water”. Oordeel: geen misleidende reclame over de ZIP Hydro Tap. 

r.o. 11. Het hof deelt de opvatting van de rechtbank dat in dit geval onder de maatmanconsument (hierna kortweg: de consument) moet worden verstaan een gewone man of vrouw, die een apparaat als de Zip Hydro Tap denkt te gaan gebruiken in de huishoudelijke omgeving van zijn eigen keuken. Het hof onderschrijft eveneens het oordeel van de rechtbank dat de consument daarbij gericht zal zijn op de gebruiksmogelijkheden van het apparaat (de functionaliteit). Het hof verwerpt daarbij de stelling van Henri Peteri dat het er slechts om gaat of het water dat uit de kraan komt een temperatuur heeft die overeenkomt met het atmosferische kookpunt en dat de gebruiksmogelijkheden van het door de Zip Hydro Tap geleverde water (bij de bepaling van het waarheidsgehalte van de mededelingen) niet van belang zijn. Naar Henri Peteri zelf ook benadrukt (getuige de verwijzing naar haar productie 5), zijn de gewaakte aanduidingen als "kokend" en "kokend heet" voor de consument immers vooral van belang voor de eigenschappen die het aldus aangeduide water heeft en daarmee voor de gebruiksmogelijkheden ervan. In zoverre falen de grieven. De klacht dat de rechtbank ten onrechte de eigenschappen van de Quooker in haar beoordeling heeft betrokken is gegrond in die zin dat het er thans niet om gaat welk apparaat beter aan de verwachtingen van de consument voldoet. De klacht kan echter op zichzelf niet tot vernietiging leiden.

(...)

r.o. 25. Aan het water in de tank van de (diverse uitvoeringsvormen van de) Zip Hydro Tap zijn diverse metingen verricht. Daaruit blijkt dat het water in de tank op gezette tijden wel borrelt, maar dat het niet een temperatuur van 100°C bereikt. Gelet op het voorgaande acht het hof dat evenwel niet doorslaggevend. Het gaat immers om het verwachtingspatroon van de consument vanuit zijn ervaring met de traditionele middelen om water te verkrijgen dat geschikt is voor de in r.o. 22 genoemde toepassingen [ook water uit een fluitketel kookt (net) niet meer als het wordt uitgeschonken – red.].

(…) 26. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de Zip Hydro Tap levert wat een consument van "kokend water" verwacht Daaruit volgt dat ook de aanduiding "boiling" op de kraan, op de doos en in de handleiding en installatie-instrucie niet misleidend is. De grieven 1,2 en 4 tot en met 9 falen derhalve. Hetzelfde geldt voor de grieven 10 en 11, waarin zonder noemenswaardige verdere toelichting wordt herhaald dat AB zich schuldig maakt aan misleiding. De daaruit voortvloeiende conclusie is dat de vorderingen van Henri Peteri door de rechtbank terecht zijn afgewezen.

Lees het arrest hier(scan), hier(link) of hier(pdf).

Regeling: 6:162;  193a-j ;  194  BW  ; Richtlijn 2005/29/EG oneerlijke handelspraktijken (OHP)