RB
Gepubliceerd op donderdag 12 juni 2014
RB 2143
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Vacaturekrant verstuurt ongewenste reclame per e-mail

Vz. RCC 19 mei 2014, RB 2143, dossiernr. 2014/00308 (reclame per e-mail)
Voorzitterstoewijzing. Direct marketing. E-mail. Het betreft een vacaturekrant die zonder toestemming reclame per e-mail verzend. Klager maakt bezwaar tegen het feit dat hij reclame per e-mail van afzender blijft ontvangen hoewel hij aan afzender kenbaar heeft gemaakt dat hij niet meer door afzender benaderd wil worden. De voorzitter is van oordeel dat afzender heeft gehandeld in strijd met artikel 1.3 sub a in verbinding met artikel 5.1 Code e-mail.

Het oordeel van de voorzitter

De voorzitter is, ook na het gevoerde verweer, van oordeel dat de klacht de Commissie aanleiding zal geven een aanbeveling te doen. Hij overweegt daartoe het volgende.

Als erkend is komen vast te staan dat afzender in strijd met artikel 1.3 sub a in verbinding met artikel 5.1 van de Code reclame via e-mail 2012 (Code e-mail) reclame via e-mail aan klager heeft verzonden, zodat de klacht zal worden toegewezen.

Van schending van de Code e-mail als gevolg van een structurele oorzaak of onwil aan de zijde van afzender is op grond van hetgeen afzender heeft aangevoerd geen sprake. Voorts begrijpt de voorzitter dat klager inmiddels niet meer in de database van afzender staat, zodat een nieuwe fout zich niet meer zou moeten kunnen voordoen. Op grond hiervan en mede gelet op het feit dat afzender excuses heeft aangeboden, zal de hierna te vermelden aanbeveling worden gedaan uitsluitend voor zover nog nodig.