RB
Gepubliceerd op donderdag 7 augustus 2014
RB 2195
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Uitzonderingen op verhoging herexamencijfer na examentraining

Vz. RCC 21 juli 2014, RB 2195, dossiernr. 2014/00482 (Luzac)
Voorzitterstoewijzing. Misleidende reclame. Het betreft een radiocommercial waarin onder meer wordt gezegd: “Hier volgt een mededeling voor mensen die net gezakt zijn. Verhoog je herexamencijfer met minimaal 1 punt. Volg de tweedaagse Luzac examentraining.” Klager stelt dat zijn dochter bij haar schriftelijke examen na het volgen van de examentraining slechts 0,3 punt hoger scoorde. Na het indienen van een klacht bij adverteerder kreeg klager te horen dat de reclame niet voor alle leerlingen geldt. Voorts deelde adverteerder mee dat de reclame gebaseerd was op een twee jaar oud onderzoek waaruit bleek dat de cijfers toen met gemiddeld 0,9 punt waren gestegen. De reclame is misleidend omdat er blijkbaar uitzonderingen gelden die niet in de reclame genoemd worden. De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC.

Het oordeel van de voorzitter
De voorzitter stelt voorop dat de radiocommercial een absolute strekking heeft, doordat daarin zonder enig voorbehoud wordt meegedeeld dat men dankzij de examentraining van adverteerder het herexamencijfer “minimaal” een punt verhoogt. Klager heeft onweersproken gesteld dat deze mededeling niet voor alle leerlingen geldt, zodat er blijkbaar uitzonderingen zijn die niet uit de radiocommercial blijken. Gelet hierop dient bedoelde mededeling te absoluut te worden geacht en heeft adverteerder onjuiste informatie verschaft over een van de voornaamste kenmerken van zijn dienst, te weten de daarvan te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument hierdoor ertoe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen (te weten het aanmelden voor de aangeprezen examentraining), is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Derhalve wordt beslist als volgt, waarbij de voorzitter overigens rekening zal houden met de mededeling van adverteerder dat de commercial niet meer zal worden uitgezonden.