RB
DOSSIERS
Alle dossiers

Geneesmiddelen/medische hulpmiddelen  

RB 2673

Geoorloofde vergelijkende reclame met gratis hoortoestellen

Vzr. Rechtbank Amsterdam 25 februari 2016, RB 2673; ECLI:NL:RBAMS:2016:1052 (Specsavers tegen Beter Horen)
Uitspraak ingezonden door Thijs van Aerde, Houthoff Buruma. Specsavers en Beter Horen verkopen beiden hoortoestellen en verlenen bijbehorende diensten aan consumenten. Specsavers maakt sinds 2013 reclame met gratis hoortoestellen. Beter Horen voert een vergelijkende reclame waarmee, zo stelt Specsavers, de goede naam van Specsavers wordt geschonden, de suggestie wordt gewekt dat Specsavers 'stunt' met het gehoor zodat haar hoortoestellen van een mindere kwaliteit zijn en dat men voor een écht goed advies naar Beter Horen moet gaan. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat in dit geval sprake is van geoorloofde vergelijkende reclame. De beweringen van Beter Horen in haar commercial hebben een subjectief karakter en zijn niet denigrerend van aard. De voorzieningenrechter weigert de gevraagde voorzieningen.

4.1. Specialers heeft gesteld dat de reclame-uitingen van Beter Horen van de commercial Doen jullie óók vaan gratis hoortoestellen? zijn aan te merken als (impliciete) vergelijkende reclame, waarmee Beter Horen de goede naam van Specialers schaadt, door te suggereren dat Specialers (diegenen die gratis hoortoestellen aanbiedt) 'stunt' met het gehoor zodat haar hoortoestellen gevaarlijk, slecht dan wel niet goed kunnen zijn, dan wel van een inferieure, slechte dan wel mindere kwaliteit zijn en dat men voor een écht toe advies ofwel (kwalitatief) het beste althans beter advies naar Beter Horen moet gaan en niet naar degenen die gratis hoortoestellen aanbiedt (Specialers). Deze claims en suggesties zijn onjuist en denigrerend jegens Specialers.
De gemiddelde consument kan immers de reclame-uitingen herleiden tot Specialers, die gratis hoortoestellen aanbiedt. Specialers beroept zich op artikel 6:193a-j BW (oneerlijke handelspraktijken), artikel 6:194 BW (misleidende reclame), artikel 6:194a BW (ongeoorloofde vergelijkende reclame) en artikel 6:162 BW (onrechtmatige daad).

4.6. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat in dit geval sprake is van geoorloofde vergelijkende reclame. Beter Horen beweert in haar commercial dat zij liever niet stunt met het gehoor van de consument, dat de oren van de consument beter verdienen en dat de consument voor een écht goed advies naar Beter Horen met gaan. Deze beweringen hebben naar hun aard een subjectief karakter. Daarbij geldt dat een zekere overdrijving aan reclame eigen is. in dat licht moet ook de term 'stunten' worden bezien, die in de reclame in het algemeen gebruikt wordt in de zin van 'stunten met prijzen', hetgeen hier ook het geval is. Het gaat immers om de prijs van een hoortoestel, gratis of niet gratis. Dat Beter Horen de suggestie wekt dat haar hoortoestellen en haar service beter zijn dan die van de concurrent (ini dit geval Specialers) is toelaatbaar. Dat is immers een suggestie die vrijwel iedere reclame wil wekken. Onnodig denigrerend (tegenover Specialers) is de reclame niet. De suggesties die Specialers voorts in de commercial ziet, dat Specialers risico zou nemen het gehoor of zelfs gevaarzettend zou handelen zijn naar het oordeel van de voorzieningenrechter te ver gezocht en vinden geen steun in de feiten.
Tenslotte valt niet in te zien welke (andere) misleidende mededeling Beter Horen in de reclame Doen jullie óók aan gratis hoortoestellen?  wordt gedaan. Beter Horen doet immers geen mededeling die onjuist of onvolledig is. Beter Horen doet geen feitelijke mededelingen die zij niet waar kan maken. De vermelding dat Beter Horen geen gratis hoortoestellen aanbidt is juist, en de suggestie dat andere aanbidders van hoortoestellen dat wel doen is eveneens juist. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vordering niet toewijsbaar is op grond van artikel 6:194a BW. Aan het beroep op artikel 6:162 BW zijn geen andere stellingen ten grondslag gelegd dan reeds hiervoor besproken, zodat evenmin op grond van dat artikel de vordering kan worden toegewezen.
De gevraagde voorzieningen zullen dan ook worden afgewezen.

Lees de uitspraak (pdf/html)

RB 2660

Geneesmiddelfolders en -brochures zijn verkoopcatalogi die zijn uitgesloten van reclameregelgeving

NL Rechtbank van eerste aanleg Brussel 15 januari 2016, RB 2660; eerder als IEFbe 1693 (verkoopcatalogus Eurogenerics)
Uitspraak aangebracht door Eric De Gryse, Simont Braun. Het vonnis is in kracht van gewijsde gegaan en dus definitief. Strafrecht. Reclame. Geneesmiddelen. Vrijspraak.  Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten stelt in een proces-verbaal dat de door Eurogenerics gehanteerde brochure onder het begrip 'reclame voor geneesmiddelen' valt en niet valt onder de categorie 'verkoopcatalogi en prijslijsten'. Rekeninghoudend met de schikking, vormgeving en inhoud kunnen de folders bestempeld worden als verkoopcatalogi. De in de geviseerde brochures gehanteerde indeling valt niet te beschouwen is als informatie betreffende de geneesmiddelen zodat zij hun status van verkoopcatalogi - die uitgesloten zijn van de reclame-regelgeving - behouden. De rechtbank spreekt de nv Eurogenerics voor de enige tenlastelegging vrij.

D.6. Het verbieden van een indeling, zoals door de nv Eurogenerics gehanteerd, zou betekenen dat er geen sprake meer kan zijn van verkoopcatalogi. Er zouden bij wijze van spreken enkel nog alfabetische lijsten mogelijk zijn. Zoals gezegd, is het nochtans inherent aan het begrip verkoopcatalogus dat de koopwaar enigszins wordt 'uitgestald', om de gebruiker een overzicht te bieden van het gamma.

D.7. Er moet besloten worden dat de aan de geviseerde folders geen (gekwalificeerd) verkoopsbevorderend oogmerk ten grondslag ligt, zodat zij het karakter van een verkoopcatalogus behouden.

E. Tweede inbreuk: vermelden van gegevens van de geneesmiddelen
E.1. Zoals uiteengezet, moet het als een inherente eigenschap van een verkoopcatalogus aanvaard worden dat er een indeling wordt gehanteerd om de producten op een efficiënte en praktische wijze voro te stellen.
De indeling in deze zaak heeft een neutrale, objectieve bron en heeft een oriënterend in plaats van een beschrijvend karakter. Indien een dergelijke indeling zou worden beschouwd als het verschaffen van gegevens betreffende de medicamenten, zou de term 'verkoopcatalogus' ieder nuttig effect verliezen.
(...)

E.3. Er moet besloten worden dat de in de geviseerde brochures gehanteerde indeling niet te beschouwen is als informatie betreffende de geneesmiddelen zodat zij hun status van verkoopcatalogi - die uitgesloten zijn van de reclame-regelgeving - behouden.
(...)

 

RB 2653

Vergelijkende claims AirFluSal in strijd met Gedragscode Geneesmiddelenreclame

CGR Codecommissie 5 februari 2016, RB 2653; K15.010 (GlaxoSmithKline tegen Sandoz)
Uitspraak ingezonden door Machteld Hiemstra, Simmons & Simmons. GSK en Sando zijn ondernemingen die zich bezig houden met de productie, verhandeling en distributie van geneesmiddelen en zijn vergunninghouders zoals in de Gedragscode Geneesmiddelenreclame. Sandoz brengt sinds medio 2015 AirFluSal op de markt, de generieke versie van het merkgeneesmiddel Seretide Diskus van GSK. Deze laatste klaagt over verschillende claims die Sandoz voert ten aanzien van AirFluSal op onder andere een informatiekaartje en in advertenties. De superioriteitsclaims van Sandoz worden volgens GSK door geen enkele vergelijkende klinische studie ondersteund. Zij verzoekt de Codecommissie Sandoz te bevelen het gebruik van de reclamen-uitingen en de claims te staken. De Codecommissie beoordeelt de innovatie claim als vergelijkend en misleidend, nu enig wetenschappelijke onderbouwing daarvan ontbreekt. De geclaimde zichtbare feedback en therapietrouw op zowel de informatiekaart als in de advertentie is eveneens misleidend. De claim is feitelijk onjuist, nu niet duidelijk wordt vermeld dat het noodzakelijk is de strips af te scheuren. De stelling van GSK dat juist het tegenovergestelde van therapietrouw wordt bereikt wordt echter van de hand gewezen, nu dit niet bijdraagt aan het oordeel of de claim juist is. De woorden ‘een nieuwe deur’ zijn niet vergelijkend of misleidend. Sandoz wordt bevolen de met de Gedragscode strijdige uitingen te staken en een rectificatiebrief te verzenden aan haar relaties.

6.8 Met GSK is de Codecommissie eens dat de claim “de bekende combinatie van salmeterol en fluticason, in een nieuwe, innovatieve inhalator: de Forspiro®.” een vergelijking oproept met de Seretide Discus van GSK. Evenzeer moet deze claim als een superioriteitsclaim worden beschouwd. Aan de term “innovatief” moet bij gebruik daarvan in het onderhavige verband niet alleen de betekenis van vernieuwend, maar ook van baanbrekend of grensverleggend worden toegekend, hetgeen impliceert dat de inhalator ten opzichte van andere inhalatoren, zoals de Seretide Discus, een nieuwe therapeutisch relevante functionaliteit bezit, zoals bijvoorbeeld een effectievere werking, een hoger gebruiksgemak of een hogere bijdrage aan therapietrouw. Nu enige wetenschappelijke onderbouwing daarvan ontbreekt, moet de vergelijking reeds om die reden als niet wetenschappelijk aantoonbaar juist worden geacht en moet deze in strijd worden geacht met het bepaalde in artikel 5.2.2.8 van de Gedragscode.

6.11 De Codecommissie stelt vast dat, gegeven de uitleg die Sandoz geeft, voor de geclaimde zichtbare feedback over het aantal per dag gebruikte doses dus kennelijk essentieel is dat per dag de gebruikte strips worden afgescheurd. Nergens in de SmPC of de bijsluiter wordt dit echter vermeld. (…)

6.14 Gezien het hiervoor overwogene is de claim “De Forspiro® laat uw patiënten direct zien of ze vandaag wel of nog niet geïnhaleerd hebben.” feitelijk onjuist, niet in overeenstemming met de SmPC en misleidend en is evenzeer feitelijk onjuist en misleidend de door Sandoz met de uitingen gewekte indruk dat de Forspiro ® innovatief is ten aanzien van gebruiksgemak of therapietrouw. Dit is in strijd met het bepaalde in de artikelen 5.2.2.3 en 5.2.2.8 van de Gedragscode.

6.17 Met betrekking tot de stelling van GSK dat met de AirFluSal Forspiro ® het tegenovergestelde van therapietrouw wordt bereikt, omdat AirFluSal Forspiro alleen beschikbaar is voor de dosering 50/500 µg salmeterol/fluticason en de patiënt zal moeten overschakelen naar een ander middel wanneer de dosering moet worden getitreerd naar de laagste mogelijke dosis (wat ook bij gebruik van AirFluSal Forspiro dient plaats te vinden), hetgeen de therapietrouw niet ten goede komt overweegt de Codecommissie het volgende. Niet ter discussie staat dat AirFluSal Forspiro uitsluitend beschikbaar is in de dosis 50/500 µg salmeterol/fluticason. Die dosering is op zichzelf duidelijk vermeld in de advertentie en ook in de overige promotiematerialen. Ook staat niet ter discussie dat bij de behandeling van patiënten met astma of COPD steeds getitreerd moet worden naar de laagst mogelijke dosering waarbij de symptomen effectief onder controle blijven. Dit staat ook met zoveel woorden in de SmPC en de K15.010 GSK/Sandoz 14 verkorte productinformatie van AirFluSal Forspiro. Als titratie naar een lagere dosering gewenst is, zal een patiënt die AirFluSal Forspiro gebruikt daarom moeten overschakelen naar een ander middel, met een andere inhalator. De Codecommissie is echter van oordeel dat dit aspect niet bijdraagt aan het oordeel dat de onderhavige claim in strijd met de Gedragscode moet worden geacht. Therapietrouw ziet in het algemeen (primair) op het gebruik van het middel volgens voorschrift bij de in de SmPC vermelde indicatie. In zoverre hoeft overschakeling naar een ander product niet af te doen aan therapietrouw.

RB 2643

Ondanks goedkeuring KOAG-KAG, is 'bewezen effectieve ingrediënten' misleidend

Vzr. Rechtbank Amsterdam 27 januari 2016, RB 2643 (Boehringer Ingelheim tegen Omega Pharma)
Uitspraak ingezonden door Ebba Hoogenraad en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak. Boehringer is met 28% marktleider met hoestproducten met de merken Bisolvon en Bisolnex. Omega Pharma heeft het hoestproduct onder het merk Bronchostop en adverteert met de door Boehringer gewraakte uiting 'Voor elke hoest'. Deze en een aantal andere vorderingen zijn echter afgewezen. De claim “bewezen effectieve ingrediënten” is volgens de voorzieningenrechter wel misleidend, ondanks goedkeuring van de Keuringsraad van de KOAG/KAG. De voorzieningenrechter veroordeelt Omega Pharma zich te onthouden van reclame-uitingen waarin wordt gesteld of gesuggereerd dat Bronchostop bewezen effectieve ingrediënten bevat onder last van een dwangsom.

RB 2635

Reclame receptplichtig hulpmiddel slaapproblemen in strijd met Code Publieksreclame voor Geneesmiddelen

Vzr. RCC 22 december 2015, RB 2635; Dossiernr: 2015/01047 (Sambrosa Original)
Gezondheid. Code Publieksreclame voor Geneesmiddelen. Uiting: Het betreft de “Sambrosa Original informatiefolder voor mensen met slaapproblemen” op de website www.easysleepplaza.com. Onder de afbeelding van een flesje Sambrosa Original staat:

“Sambrosa Original is geen medicijn: het is een hulpmiddel bij slapen. De slaapdrank is gebaseerd op honing, kruiden en 0,326% doxylamine.”
In de uiting staat onder het kopje “Hoe te bestellen” onder meer:
 “In Nederland is Sambrosa Original op recept verkrijgbaar” en
“Stap 1: Recept verkrijgen via uw huisarts (…)
 Stap 2: Bereiding bij Apotheek Kisters (…)
 Stap 3: Sambrosa wordt u ter hand gesteld. (…)”.

Klacht: Sambrosa Original wordt aangeprezen als “geen medicijn”. Dit suggereert dat het een onschuldig middel op natuurlijke basis is. Het bevat echter doxylamine, een sederend anti-histaminicum. Dit is wel degelijk een medicijn – weliswaar in een lage dosering – dat zelfs niet in Nederland geregistreerd is. Er worden geen gegevens vermeld over bijvoorbeeld de invloed op de rijvaardigheid, terwijl het middel een halfwaardetijd heeft van tien uur.

Voorzitter:

Niet is in geschil dat de bestreden folder op consumenten gerichte reclame voor de slaapdrank ‘Sambrosa Original’ betreft. Evenmin is in geschil dat Sambrosa Original een magistraal bereid middel is dat alleen op recept verkrijgbaar is. Adverteerders hebben niet weersproken dat daardoor sprake is van een receptplichtig geneesmiddel, zoals door de Keuringsraad is meegedeeld.

Gelet op het voorgaande betreft de bestreden folder publieksreclame voor een geneesmiddel, waarop de CPG 2015 van toepassing is. Krachtens artikel 3 onder a CPG is publieksreclame voor geneesmiddelen verboden indien deze uitsluitend op recept ter hand mogen worden gesteld. De folder is met deze bepaling in strijd.

In de mededeling van adverteerders dat zij inmiddels maatregelen hebben getroffen om de folder van de website te verwijderen en verspreiding van de folder hebben stopgezet, ziet de voorzitter aanleiding de aanbeveling te doen voor zover nog nodig.

De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 3 onder a CPG. Hij beveelt adverteerders aan, voor zover nodig, om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 2619

Werking Tribulus Terristis niet voldoende aannemelijk gemaakt, reclame misleidend

Vzr. RCC 9 december 2015, RB 2619; Dossiernr: 2015/00989 (GH Balance-7tm)
Gezondheidsclaims. Uiting: Het betreft de website https://ghbalance.nl voor zover in verband met de aanprijzing van het product GH Balance onder meer wordt gezegd:
“Meer gespierd lichaam zonder overbodige vet binnen enkele weken vergroot je spiermassa verwijder de overbodige vet wordt het object van verlangen van alle vrouwen GH Balance is een mannelijke groeihormoon in een pil. (…)
Hoe zal de GHBalance je spieren in enkele weken opbouwen en tegelijk de overbodige vet kwijt raken? Dankzij de in VS bedachte, unieke samenstelling van 100% natuurlijke ingrediënten die volledig veilig voor je gezondheid zijn, vergroot je de spiermassa, verliest je de overbodige vet en verkrijg je een soepele huid. Het geheim schuilt in het mannelijke groeihormoon in deze preparaat. (…) 

Deze natuurlijke, geoctrooieerde blend, op basis van het mannelijke groeihormoon opgenomen in dit preparaat, versnelt de opbouw van de spiermassa en kracht alsook versterkt de gewrichten en spieren. Dankzij een juist gekozen samenstelling van ingrediënten wordt het vetweefsel onmiddellijk verbrandt en het organisme verjongt.

Tribulus Terristris
Ondersteunt en versnelt de groei van de spiermassa. Daarnaast, heeft het ook een gunstige invloed op de mannelijke libido.
Cafeïne Helpt bij veeleisende trainingen. Uit onderzoeken blijkt ook de positieve invloed op de verbranding van het vetweefsel.
(…) Zonder extra trainingen en veranderingen in dieet, binnen enkele weken vergroot je je spieren en verliest je de overbodige vet. Dit allemaal dankzij twee veilige en natuurlijke pillen per dag.”

Klacht: De samenstelling van het aangeprezen product wordt in de bestreden uiting omschreven als GH Balance-7tm, Tribulus terristris en cafeïne. Wat de samenstelling is van GHBalance-7tm wordt in de uiting niet toegelicht. Met betrekking tot het ingrediënt Tribulus terristris worden de volgende claims gebruikt:
- ondersteunt en versnelt de groei van de spiermassa
- gunstige invloed op de mannelijke libido.

Klaagster betwist dat Tribulus terristris deze werking heeft en verwijst in verband daarmee naar “Natural Medicine Comprehensive Data Base”, volgens haar een hoogst betrouwbare bron. Zorgvuldige proeven hebben de groei van spiermassa door het gebruik van Tribulus terristris niet kunnen aantonen.

Cafeïne, dat eveneens als ingrediënt van GHBalance-7tm wordt genoemd, houdt een mens langer wakker. Hiervoor hoeft men geen pil te nemen.

Volgens www.hgh.org is GH Factor slechts een betrekkelijk korte tijd effectief. Hoe lang het effect blijft, wordt niet vermeld. Dit geldt voor de versie die in Amerika op de markt wordt gebracht, vermoedelijk zonder Tribulus terristris.

Voorzitter: 1)  In de uiting worden ten aanzien van Tribulus Terristris de volgende claims gebruikt:
- ondersteunt en versnelt de groei van de spiermassa
- een gunstige invloed op de mannelijke libido.

Ten aanzien van cafeïne wordt geclaimd:
- helpt bij veeleisende trainingen
- positieve invloed op de verbranding van het vetweefsel.

De voorzitter begrijpt dat klaagster tegen voormelde claims bezwaar maakt, omdat deze volgens haar niet (kunnen) worden waargemaakt, terwijl klaagster ook de informatie over de samenstelling van het product onduidelijk acht.

2)  Evenals de Keuringsraad KOAG/ KAG oordeelt de voorzitter dat de hiervoor bedoelde claims telkens gezondheidsclaims zijn als bedoeld in artikel 2 lid 5 van de Europese Verordening inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen (Claimsverordening). Deze claims betreffen botanische stoffen die in het product zijn verwerkt. Beoordeeld dient te worden of het stoffen betreft en daaraan gekoppelde claims die op de zogenaamde ‘on hold’ lijst staan. De voorzitter constateert in dit verband dat met betrekking tot Tribulus Terristris claims on hold staan voor spiermassa en seksuele organen. Ten aanzien van cafeïne echter staan op dit moment geen relevante claims on hold en is evenmin sprake van claims die zijn geautoriseerd en op de lijst met toegestane gezondheidsclaims zijn geplaatst. Gelet op het voorgaande is de uiting in strijd met de wet als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code voor zover het gaat om gezondheidsclaims voor cafeïne. De uiting is immers in zoverre verboden op grond van artikel 10 lid 1 van de Claimsverordening.

3)  Het feit dat ten aanzien van Tribulus Terristris wel een overgangsregeling van de Claimsverordening van toepassing is, ontslaat adverteerder niet van de verplichting om de werking van het product voldoende aannemelijk te maken. Dienaangaande is van belang dat de Europese Commissie nog geen beslissing heeft genomen over gezondheidsclaims voor de onderhavige botanische stof. Het feit dat deze stof om die reden op de ‘on hold’ lijst is geplaatst, impliceert derhalve nog geen enkel oordeel over de aannemelijkheid van de werking daarvan. Om die reden dient adverteerder, zolang deze beoordeling niet heeft plaatsgevonden en totdat de Europese Commissie de claim bij verordening heeft goedgekeurd, de werking van het product aannemelijk te maken indien deze, zoals in het onderhavige geval, gemotiveerd wordt betwist.

4)  Dat het aangeprezen product door het ingrediënt Tribulus Terristris de daaraan toegeschreven effecten heeft (ondersteuning en versnelling groei spiermassa en gunstig effect op het mannelijk libido), is door adverteerder tegenover hetgeen klaagster stelt op geen enkele wijze aannemelijk gemaakt. Op grond hiervan oordeelt de voorzitter dat de uiting de gemiddelde consument een onjuist beeld geeft met betrekking tot de van het gebruik van het onderhavige product te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet zou hebben genomen. Nu de werking niet aannemelijk is geworden, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

5)  De voorzitter neemt nota van de mededeling van adverteerder dat het onderhavige product geen hormonen bevat. De uiting wekt echter onmiskenbaar een andere indruk nu herhaaldelijk wordt gesproken over een “groeihormoon”. De voorzitter oordeelt dat de uiting om die reden geen juiste informatie verschaft over de samenstelling van het product. Aannemelijk is dat de gemiddelde consument die is geïnteresseerd in een product dat de groei van de spiermassa beweerdelijk ondersteunt en versnelt en een gunstige invloed zou hebben op de mannelijke libido, belang zal toekennen aan de mededeling dat het product een groeihormoon bevat, gelet op de functie van hormonen voor het lichaam. Om die reden zal die consument tot een transactie kunnen besluiten in de onjuiste veronderstelling dat het product een hormoon bevat. Ook hierdoor is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Gelet op het voorgaande wordt beslist als volgt.

De beslissing van de voorzitter 
De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 2 NRC voor zover het betreft de aan cafeïne toegeschreven gezondheidsclaims “Helpt bij veeleisende trainingen” en “positieve invloed op de verbranding van het vetweefsel”. Met betrekking tot de aan Tribulus Terristris toegeschreven gezondheidsclaims “Helpt bij veeleisende trainingen” en “positieve invloed op de verbranding van het vetweefsel”, oordeelt de voorzitter dat de uiting in strijd is met het bepaalde in artikel 7 NRC. Verder acht de voorzitter de uiting in strijd met artikel 7 NRC nu daarin de suggestie wordt gewekt dat het aangeprezen product een groeihormoon bevat. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 2601

Reclame Herbalife vermomd als ontbijt onderzoek in strijd met 11.1 NRC

RCC 2 december 2015, RB 2601; Dossiernr: 2015/01111 (Ontbijt onderzoek)
Aanbeveling. Voeding. Uiting: Het betreft de in klagers brievenbus gedeponeerde flyer met de volgende tekst -voor zover hier van belang-:

“Betreft: onderzoek ontbijt
Geachte mevrouw, mijnheer,

Mijn naam is [naam] en ik werk als voedingscoach in uw omgeving.
Ik begeleid mensen met o.a. het verbeteren van hun voedingsgewoonte. Het ontbijt is hierin de belangrijkste maaltijd. Het heeft nl. een grote invloed op ons energieniveau/vitaliteit, snackbehoefte en het kan enorme gevolgen hebben voor uw gewicht. Het is mede daarom voor ons belangrijk om meer inzicht te krijgen in de huidige eetgewoonten.
U kunt mij hierbij helpen door een korte enquête (3 min.) in te vullen? Als dank krijgt u geheel vrijblijvend een GRATIS ontbijt- en voedingsadvies.

U kunt de enquête invullen op onze website: www.ontbijtmakkelijk.nl
(…)
Maak nu kans op een gratis ontbijt- en voedingsadvies
Independent herbalife distributor”.

Klacht: In de flyer doet de afzender daarvan het voorkomen of zij bezig is met een onderzoek naar voedingsgewoontes. Uit de antwoorden die zij klager op zijn vragen over het onderzoek gaf, blijkt echter dat het een louter commercieel gedreven actie is om afslankproducten aan de man te brengen en dat de zogenaamde enquête slechts als kapstok daarvoor dient. De reclamefolder is vermomd als een verzoek om mee te werken aan een onderzoek dat de persoonlijke en volksgezondheid ten goede kan komen. Daardoor is de folder niet, zoals het hoort, direct als reclame herkenbaar.

Commissie:

Bij verweer is erkend dat de bestreden uiting reclame betreft ter bevordering van de verkoop van producten van adverteerder. Krachtens artikel 11.1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) dient reclame duidelijk als zodanig herkenbaar te zijn, door opmaak, presentatie, inhoud of anderszins, mede gelet op het publiek waarvoor zij is bestemd. Naar het oordeel van de Commissie voldoet de bestreden uiting niet aan dit vereiste. In de uiting ligt de nadruk op het onderzoeksaspect en het belang van inzicht in en verbetering van eetgewoonten. Bij de ontvanger van de uiting kan hierdoor gemakkelijk de indruk ontstaan dat slechts wordt gevraagd medewerking te verlenen aan het onderzoek door de enquête in te vullen. Niet duidelijk is dat de gegevens uit de enquête dienen om de betrokkene als klant te werven. De enkele mededeling in kleine letters onderaan de uiting “Independent herbalife distributor” verschaft evenmin de vereiste duidelijkheid.

De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 11.1 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 2579

Misleiding door onvoldoende bewijs werking accupunctuur kussen

RCC 19 oktober 2015, RB 2579; Dossiernr: 2015/00944 (Instalife)
Aanbeveling. Gezondheid. Misleiding. Uiting: Het betreft een televisiecommercial van adverteerder waarin het product ‘Instalife’ wordt aangeprezen.

Klacht: In de uiting wordt gesuggereerd dat lage rugpijn verdwijnt door het gebruik van ‘Instalife’. In de brace van ‘Instalife’ zit een kussentje dat zou werken als accupunctuur en zo op je spieren zou werken. Hierdoor krijg je geen uitstraling van je rug (ischias) naar je benen. Volgens klaagster is deze uiting misleidend omdat een kussentje op de kuit nooit rugpijn en uitstraling vanuit de rug naar de benen kan doen verdwijnen. Ischias straalt weliswaar uit naar het been, maar het is iets wat in de rug zit.

Commissie: In de reclame-uiting wordt onder andere gezegd: “Instalife is een altijd werkend acupunctuur systeem dat u meteen kan helpen bij pijn in uw onderrug” en “met de ‘Instalife brace’ had ik geen pijn meer”. Klaagster heeft de werkzaamheid van ‘Instalife’ gemotiveerd bestreden. De Commissie is van oordeel dat het op de weg van adverteerder ligt om de juistheid van de in de uiting geclaimde werking van het aangeprezen product aannemelijk te maken. Daarin is adverteerder naar het oordeel van de Commissie niet in geslaagd. Adverteerder heeft in haar verweer volstaan met de mededeling dat Instalife veel tevreden klanten heeft opgeleverd en dat zij de stelling van klaagster ondersteunt dat de uitstraling bij lage rugpijn in de onderrug begint.

Gelet op het voorgaande gaat de bestreden uiting gepaard met onjuiste informatie ten aanzien van de van het gebruik van ‘Instalife’ te verwachten resultaten als bedoeld in de aanhef en onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de Commissie voorts van oordeel is dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

RB 2567

Lactacyd reinigt en beschermt

Bijdrage ingezonden door Ebba Hoogenraad en Sarah Arayess, Hoogenraad & Haak (traden op namens: Omega Pharma). De website en TVC voor de wasgel Lactacyd stelt de vraag ‘feit of fabel’. ‘Reinigen van je intieme zone met water alleen is niet voldoende. Lactacyd reinigt én beschermt. Feit!’ Een aantal vrouwen heeft klachten ingediend bij de Reclame Code Commissie [zie RB 2566]. Reiniging met water alleen zou volgens hen genoeg zijn. Al snel werd duidelijk dat sprake is van een misverstand; Lactacyd is voor reiniging van de uitwendige intieme zone. Iedereen weet dat de natuur in principe alles prima voor elkaar heeft: interne reiniging van de vagina is niet nodig en zelfs af te raden. Dat staat ook duidelijk vermeld op de website vaginapagina.nl en op de verpakking. De Reclame Code Commissie bepaalt dat Omega Pharma de reinigende en beschermende werking van het cosmeticaproduct Lactacyd goed heeft onderbouwd. ‘Lactacyd reinigt én beschermt’ is toegestaan en de klacht wordt afgewezen. Reinigen met water alleen is weliswaar mogelijk, maar water biedt daarnaast niet de bescherming die Lactacyd wél geeft. De RCC geeft verder nog de tip om voortaan duidelijk te maken dat Lactacyd bestemd is voor uitwendig gebruik. Dat gaat Omega Pharma van harte doen. Het product wordt immers gebruikt als wasgel (zonder zeep natuurlijk) onder de douche.

RB 2566

Zonder toevoeging 'uitwendig' is aanduiding 'intieme zone' onduidelijk

RCC 26 oktober 2015, RB 2566; dossiernr. 2015/00954 en 2015/00954A (Lactacyd)
Aanbeveling. Persoonlijke verzorging en uiterlijk. Misl. Voornaamste kenmerken product. Audiovisuele Mediadiensten. Het betreft de televisiecommercial voor het product Lactacyd. Aan het begin van de commercial wordt de vraag gesteld: “Je intieme zone reinigen met alleen water is voldoende. Fabel of feit?” Eén - kennelijk op straat geïnterviewde - vrouw antwoordt: “Feit”, een andere vrouw antwoordt: “Fabel”. De voice-over zegt vervolgens: “Je intieme zone heeft van nature een zure beschermingslaag tegen schadelijke bacteriën en infecties. Water alleen is niet voldoende om deze laag in balans te houden. De unieke formule van Lactacyd bevat melkzuur en lactoserum voor een optimale natuurlijke zuurbalans van je intieme zone. Lactacyd reinigt èn beschermt. Feit! Probeer het zelf.” Echter zonder de toevoeging ‘uitwendig’ maakt de aanduiding “intieme zone” naar het oordeel van de Commissie niet duidelijk dat alleen gedoeld wordt op de uitwendige delen van de vagina. Aanbeveling vanwege strijd met artikel 7 NRC.

4. Adverteerder heeft aangevoerd dat de commercial voldoende duidelijkheid verstrekt over het feit dat Lactacyd alleen voor uitwendig gebruik bestemd is. Zij heeft daartoe gewezen op het gebruik van de aanduiding “intieme zone” in plaats van het mogelijk verwarrende ‘vagina’, en voorts op de verwijzing naar de website vaginapagina.nl, waarop uitleg staat over Lactacyd producten. Dit verweer kan niet slagen. Zonder de toevoeging ‘uitwendig’ maakt de aanduiding “intieme zone” naar het oordeel van de Commissie niet duidelijk dat alleen gedoeld wordt op de uitwendige delen van de vagina. Voorts verschaft de enkele verwijzing in de commercial naar de website vaginapagina.nl - ook al bevat die website informatie over (het gebruik van) Lactacyd - evenmin de gewenste duidelijkheid. De commercial dient als zelfstandige reclame-uiting te worden beschouwd en als zodanig de noodzakelijke informatie over de aard en het gebruik van het product te verschaffen.

5. Nu in de televisiecommercial niet duidelijk wordt gemaakt dat Lactacyd bestemd is voor uitwendig gebruik, is de commercial voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van de aard van het aangeprezen product als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder a van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de Commissie tevens van oordeel is dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Uit dossier 2015/00954/B: Afwijzing. Naar het oordeel van de Commissie heeft adverteerder gemotiveerd gesteld dat Lactacyd een reinigende en beschermende werking heeft en heeft zij deze werking mede door verwijzing naar het notificatiedossier voldoende aannemelijk gemaakt.

Uit dossier 2015/00956: Afwijzing: Uiting voor het product Lactacyd op de website vaginapagina.nl, die luidt: “Fabel of Feit? WATER ALLEEN IS GOED GENOEG Fabel. "

2. Uit de klacht leidt de Commissie af dat klaagster in de veronderstelling verkeert dat Lactacyd (mede) wordt aangeprezen voor inwendig gebruik. Niet in geschil is dat de inwendige vagina zelfreinigend is en dat inwendige reiniging met intiemverzorgingsproducten wordt afgeraden. Vast is komen te staan dat Lactacyd producten bestemd zijn voor uitwendig gebruik, hetgeen op de website vaginapagina.nl, waarvan de bestreden uiting onderdeel is, uitdrukkelijk wordt meegedeeld. Van de uiting op zichzelf beschouwd - met name door de zinsnede “Net zoals de rest van je huid en haar (…)” - gaat naar het oordeel van de Commissie niet de suggestie uit dat Lactacyd voor inwendig gebruik wordt aangeprezen.