RB
Gepubliceerd op woensdag 6 november 2013
RB 1977
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

STRATO geeft onjuist de indruk dat YOURHOSTING geen webshop aanbiedt

RCC 21 oktober 2013, dossiernr. 2013/00586 (STRATO)
Aanbeveling. Het betreft een advertentie waarin onder de aanhef “Niemand is voordeliger dan STRATO. Behalve STRATO!” een vergelijking staat tussen prijzen van enerzijds YOURHOSTING en anderzijds STRATO. In die vergelijking worden bij vier van de vijf items, waaronder “E-mail” en “Hosting”, telkens twee verschillende prijzen genoemd, gehanteerd door YOURHOSTING respectievelijk STRATO. Bij het vijfde item, “Webshop” staat onder YOURHOSTING een kruis en onder STRATO: € 9,- /mnd.”.
De klacht - De advertentie is (paginagroot) verschenen in de Telegraaf, de Volkskrant en Computer Totaal en in mei en juni op de website van adverteerder. Naar de mening van klager is er sprake van misleidende, vergelijkende reclame, omdat met betrekking tot YOURHOSTING onjuiste informatie wordt gegeven. Door het plaatsen van een kruis doet STRATO het in de uiting ten onrechte voorkomen alsof bij YOURHOSTING geen webshops kunnen worden afgenomen. Klager legt als bijlage 5 een afbeelding over waaruit blijkt dat bij hem wel degelijk webshops kunnen worden afgenomen.

Het oordeel van de Commissie
De bestreden advertentie moet worden aangemerkt als vergelijkende reclame in de zin van artikel 13 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), nu adverteerder daarin door een concurrent (klager) aangeboden diensten noemt. Vergelijkende reclame is, wat de vergelijking betreft, geoorloofd, op voorwaarde dat deze -onder meer- niet misleidend is in de zin van de NRC.

In de bestreden vergelijking worden vijf diensten genoemd. Bij vier van die diensten zijn de desbetreffende door Yourhosting respectievelijk Strato gehanteerde prijzen vermeld. Alleen bij de laatste dienst, “Webshop”, staat bij Yourhosting geen prijs, maar een kruis, terwijl bij Strato een prijs van € 9,- is vermeld.

Adverteerder heeft aangevoerd dat een vergelijking tussen adverteerder en klager in de categorie ‘webshop’ ontoelaatbaar zou zijn geweest, omdat er binnen deze categorie geen product van klager is, dat vergelijkbaar is met de “webshop packages” van adverteerder. Dit verweer kan niet slagen. Weliswaar heeft adverteerder aannemelijk gemaakt dat zijn product “webshop packages” afwijkt van de door klager aangeboden producten, bijvoorbeeld in die zin dat adverteerder, anders dan klager, de webshop van de klant regelmatig up to date houdt, maar de Commissie acht het voor de gemiddelde consument niet duidelijk dat adverteerder bij de dienst “webshop” uitsluitend het oog heeft op “webshop packages”. In plaats daarvan zal de gemiddelde consument op grond van de uiting aannemen dat klager geen enkele faciliteit biedt op het punt van “webshops”. Adverteerder heeft dit laatste niet aannemelijk gemaakt, terwijl klager gemotiveerd heeft aangevoerd dat hij op het gebied van webshops enig aanbod heeft. zou hebben. Hiertoe heeft klager onder meer (onder verwijzing naar bijlage 7) bij repliek gewezen op het door hem aangeboden product “Sitebuilder”, waarin “een webshop” “zit” “verwerkt”.

Gelet op het bovenstaande acht de Commissie de uiting voor de gemiddelde consument onduidelijk ten aanzien van de aard van het in de vergelijking betrokken product. Nu de gemiddelde consument er bovendien toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Nu de onderhavige vergelijkende reclame misleidend is, is deze in strijd met artikel 13 aanhef en onder a NRC.

Adverteerder heeft betwist dat de bestreden advertentie niet alleen is verschenen in gedrukte media, maar ook op internet. Klager heeft zich beroepen op bijlage 9 bij repliek. Naar het oordeel van de Commissie is op basis van deze bijlage niet zonder meer aannemelijk geworden dat de uiting ook op internet is verschenen.

Derhalve wordt als volgt beslist.

 

De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting, voor zover deze is verschenen in gedrukte media, in strijd met artikel 13 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Voor het overige wijst zij de klacht af.
Regeling: NRC (nieuw) art. 13 onder a.