RB
Gepubliceerd op maandag 16 mei 2011
RB 897
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Geen voorbehoud verhoging internetsnelheid

RCC 27 april 2011, Dossiernr. 2011/00247 (Caiway)

Reclamerecht. Nieuwsbrief van Caiway waarin wordt aangekondigd dat internetsnelheid voor alle abonnees wordt verhoogd. Klager stelt dat onjuiste informatie is verstrekt, nu dit niet geldt voor Premium abonnement (komt nl. te vervallen). Verweerder stelt dat op moment van nieuwsbrief nog niet bekend was dat dit abonnement zou vervallen, dus geen sprake van onjuiste informatie. Deze klanten krijgen aanbieding op maat. Commissie oordeelt de uiting te absoluut, nu er geen voorbehoud is gemaakt. Acht dat er sprake is van onjuiste informatie (art. 8.2 aanhef NRC) en in strijd met art. 7 NRC. Doet aanbeveling.

De Commissie stelt vast dat klager een Premium abonnement heeft dat in ieder geval tot de uit de stukken blijkende datum van 1 april 2011 doorliep. In de nieuwsbrief van 1 december 2010 is door adverteerder zonder uitzondering een verhoging van de downloadsnelheden van alle internetabonnementen met ingang van januari 2011 aangekondigd. Uit een bericht op de website van 24 december 2010, dus enkele weken na het verschijnen van de bestreden nieuwsbrief, blijkt dat het Premium internetabonnement op termijn komt te vervallen en om die reden wordt uitgesloten van de eerder aangekondigde verhoging van de downloadsnelheid. Wat er zij van de juistheid van de mededeling van adverteerder dat ten tijde van verschijning van de nieuwsbrief nog geen besluit was genomen omtrent  beëindiging van het Premium abonnement, nu in de bestreden nieuwsbrief geen enkel voorbehoud is opgenomen ten aanzien van eventueel uit te sluiten abonnementen is de uiting naar het oordeel van de Commissie te absoluut.

De bestreden uiting gaat aldus gepaard met onjuiste informatie als bedoeld in artikel 8.2 aanhef van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de Commissie voorts van oordeel is dat de bestreden uiting de gemiddelde consument ertoe kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, te weten de keuze om al dan niet over te stappen naar een andere provider, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf)
Regeling: NRC art. 7, art. 8