RB
Gepubliceerd op maandag 23 mei 2011
RB 921
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Tele2 mobiel: 300 min voor 12,50 p.m.

RCC 13 april 2011, Dossiernr. 2011/00232

Reclamerecht. Internetbanner met Tele2 mobiel aanbieding: 300 minuten voor 12,50 per maand. Klager stelt dat deze aanbieding geldt voor tweejarig abonnement, waarbij het actietarief alleen voor het eerste jaar geldt en het tweede jaar 27,50 per maand moet worden betaald. Verweerder stelt dat banner te weinig ruimte biedt voor alle voorwaarden, daarom wordt verwezen naar website waarop alle essentiële informatie staat.

Commissie oordeelt dat er sprake is van onjuiste informatie (art. 8.3 onder c NRC) omdat essentiële informatie over de maandelijkse kosten op de banner ontbreekt. Acht de uiting in strijd met art. 7 NRC.

Op deze banner worden 300 belminuten voor € 12,50 per maand bij een gratis Samsung Galaxy S telefoon aangeboden. Vast staat dat de aanbieding betrekking heeft op een tweejarig mobiel abonnement, waarvan de maandelijkse kosten alleen gedurende het eerste jaar € 12,50 bedragen en gedurende het tweede jaar € 27,50. Naar het oordeel van de Commissie moeten de maandelijkse kosten gedurende de gehele looptijd van het tweejarige abonnement worden beschouwd als een van de kernvoorwaarden van het abonnement, die reeds in de banner zelf vermeld hadden dienen te worden. De Commissie volgt adverteerder niet in diens stelling dat de banner als medium daartoe te beperkte ruimte biedt. Dat de informatie is op te vragen via de in de banner opgenomen link naar de website van Tele2 neemt niet weg, dat adverteerder blijkens het voorgaande te laat essentiële informatie heeft verstrekt die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). De Commissie is voorts van oordeel dat de bestreden uiting de gemiddelde consument ertoe kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet zou hebben genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Lees de gehele uitspraak hier (link en pdf)
Regeling: NRC art. 7 en art. 8.3 onder c