10 jul 2025
YoungCapital’s “Boost your Boomer”-campagne niet in strijd met de Reclamecode
RCC CvB 10 juli 2025, RB 3918; 2025/00066/B (YoungCaptial). De klacht richtte zich tegen de volledige “Boost your Boomer”-campagne van YoungCapital, waaronder een YouTube-video, televisiecommercials en online uitingen op sociale media en de website. In deze campagne worden oudere werknemers afgebeeld als technologisch en sociaal onhandig, die na het drinken van een fictieve “Booooomer Energy Drink” – gewonnen uit ‘Gen Z extract’ – tijdelijk worden ‘geboost’. Volgens de klager bevestigt de campagne negatieve stereotypen over oudere werknemers en is sprake van leeftijdsdiscriminatie en nodeloos kwetsende beeldvorming. De Commissie oordeelde eerder dat de klacht alleen de YouTube-video betrof en dat deze op zichzelf niet discriminerend of kwetsend was. De klager ging in beroep met drie grieven: de Commissie had ten onrechte alleen de YouTube-video beoordeeld, ten onrechte geen leeftijdsdiscriminatie aangenomen, en ten onrechte geoordeeld dat de video niet nodeloos kwetsend is. Volgens het College van Beroep (CvB) mogen alleen concrete reclame-uitingen beoordeeld worden en niet een campagne als geheel, waardoor de beoordeling terecht werd beperkt tot de YouTube-video. Het CvB erkent dat de term ‘boomer’ in de reclame verwijst naar leeftijd, niet slechts naar een bepaalde mindset, zoals YoungCapital had gesteld. Toch stelt het College vast dat de video geen onderscheid maakt dat leidt tot ongelijke behandeling of uitsluiting van oudere werknemers. De reclame laat zien dat samenwerking tussen generaties wenselijk is en bevat een duidelijk overdreven, absurdistische stijl. De uiting moet daarom worden gezien als satirisch en humoristisch, en niet als een serieuze bewering over de geschiktheid van oudere werknemers.
Hoewel het CvB erkent dat sommige elementen in de video als negatief kunnen worden ervaren, is dat onvoldoende om te spreken van nodeloos kwetsend gedrag in de zin van artikel 4 NRC. De boodschap dat “werk jonge energie nodig heeft” is toegestaan binnen de grenzen van de vrijheid van meningsuiting. Het CvB benadrukt dat commerciële uitingen weliswaar minder bescherming genieten dan publieke meningsuitingen, maar dat ook reclame-inhoud ruimte moet hebben om op prikkelende wijze maatschappelijke thema’s aan te snijden. De overdreven typbeelden, de energieblikjes en het feestelijk slot dienen als metaforen en zijn duidelijk niet realistisch bedoeld. De commercial bevat geen algemene boodschap dat ouderen structureel ongeschikt zijn voor werk. Volgens het CvB is er geen sprake van discriminatie, noch van onnodige krenking van een leeftijdsgroep. Het oordeel van de Commissie wordt bevestigd. De klacht wordt definitief afgewezen.
6.6. De video beeldt twee oudere werknemers af als bijzonder onhandig. Ze bloeien daarna op onder invloed van jongere collega’s, waarbij de blikjes ‘GenZ energy’ als metafoor dienen voor het krijgen van nieuw elan. De oudere werknemers worden aangeduid als ‘boomers’ die een ‘boost’ nodig hebben. De voorstelling van zaken die daarbij wordt gegeven, is evident niet realistisch. Dit blijkt onder meer uit de absurdistische beelden van het aftappen van ‘GenZ extract’ en de eveneens absurde verhaallijn waarin dit extract een centrale rol speelt. Zo typt een oudere vrouw na het drinken van een blikje op zo’n overdreven manier dat dit overduidelijk niet realistisch is. Hetzelfde geldt voor de oudere man die zelfs met een blikje in de hand aanvankelijk niet slaagt in een ogenschijnlijk eenvoudige Excel-taak. Ook hier geldt dat de beelden niet serieus genomen kunnen worden.
6.7. Het laatste neemt niet weg dat de video elementen bevat die als negatief kunnen worden ervaren. Het gebruik van de term ‘boomer’, die doorgaans een negatieve lading heeft, in combinatie met de uitbeelding van de oudere werknemers als bijzonder onhandig en afhankelijk van ‘GenZ energy’, kan als beledigend worden opgevat door - met name - oudere personen. Het College oordeelt dat, ondanks dat de uiting door de hiervoor genoemde negatieve elementen niet door iedereen zal worden gewaardeerd, deze niet ‘nodeloos kwetsend’ kan worden geacht in de zin van artikel 4 NRC. De uiting dient te worden gezien in een context en stijl die duidelijk absurd is. Dat YoungCapital in de video oudere werknemers op een negatieve manier afbeeldt, staat verder niet op zichzelf maar maakt deel uit van een overdreven aanprijzing van haar diensten, die, kort gezegd, zien op het zijn van uitzendbureau voor met name relatief jonge personen. De video schetst, indien naar de werkelijke boodschap daarvan wordt gekeken, een organisatie met een relatief oud personeelsbestand die baat zou hebben bij de inzet van jongere krachten via YoungCapital. De uiting bevat niet een algemene boodschap dat oudere werknemers structureel ongeschikt zijn om te werken. Tot slot geldt dat YoungCapital, binnen de grenzen van de vrijheid van meningsuiting, moet kunnen wijzen op de vermeende voordelen van aanvulling van het personeelsbestand met jonge medewerkers. De maatschappelijk-sociale doelstelling die zij daarbij aanvoert, draagt daaraan bij. YoungCapital stelt in verband met het laatste dat zij wil opkomen voor jonge werknemers die vaak ondergewaardeerd zouden worden.