RB
DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op donderdag 24 juni 2021
RB 3528
Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) ||
9 jun 2021
Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 9 jun 2021, RB 3528; (Appellante tegen DPG Media), https://www.reclameboek.nl/artikelen/advertentie-co2-neutrale-reis-in-strijd-met-de-milieu-reclame-code

Advertentie CO2-neutrale reis in strijd met de Milieu Reclame Code

CvB RCC 9 juni 2021, RB 3528; 2021/00061 (Appellante tegen DPG Media en Low Carbon Travels)  Appellante heeft bij de Commissie geklaagd over een volgens haar misleidende reclame in de Volkskrant van Low Carbon Travels (LCT). In de betreffende advertentie wordt volgens appellante onterecht beweerd dat het om een CO2-neutrale vakantie zou gaan. De Commissie heeft haar in eerste instantie deels gelijk gegeven, maar ze is het niet eens met het oordeel dat de vliegrijs als CO2-neutraal mag worden aangeprezen. Het College oordeelt dat LCT (nog steeds) niet voldoende heeft onderbouwd waarom de gehele reis als CO2-neutraal mag worden aangeprezen, maar verklaart het appel van appellante niet-ontvankelijk. De oorspronkelijke beslissing van de Commissie, dat de advertentie in strijd is met artikel 4 MRC, wordt door het College bevestigd. 

4. LCT heeft niet inzichtelijk gemaakt hoe zij de CO2-uitstoot van de accommodaties, die in het incidentele appel centraal staat, heeft berekend. Zij volstaat met enkele niet verifieerbare gegevens te noemen en met verklaringen van derden over te leggen die niet specifiek betrekking hebben op de CO2-uitstoot én de compensatie van de uitststoot van de betreffende accommodaties. In die verklaringen wordt immers slechts antwoord gegeven op algemene vragen over het gebruik van de claim CO2-neutraal voor reizen. Daarmee heeft LCT onvoldoende onderbouwd dat de CO2-uitstoot van de betrokken accommodaties geheel wordt gecompenseerd via een of meer daartoe bestemde projecten die gegarandeerd tot dit resultaat leiden. Om die reden kan niet van de juistheid van de claim CO2-neutraal worden uitgegaan voor zover dit de accommodaties betreft. Dit impliceert dat de betrokken reclame-uiting, overeenkomstig hetgeen de Commissie heeft geoordeeld, in strijd met artikel 4 MRC is, zodat wordt beslist als volgt.