RB
DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op dinsdag 5 september 2023
RB 3787
Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) ||
14 aug 2023
Zelfregulering (RCC, KOAG/KAG) 14 aug 2023, RB 3787; (Klager/), https://www.reclameboek.nl/artikelen/bud-mag-claimen-dat-haar-brouwproces-met-hernieuwbare-elektriciteit-werkt

Bud mag claimen dat haar brouwproces met hernieuwbare elektriciteit werkt

RCC 14 augustus 2023, RB 3787; Dossiernr. 2023/00257 (Klager/Bud) Klager stelt dat Bud, een biermerk, zich schuldig maakt aan misleidende reclame door te claimen dat zij in haar productieproces ‘100% hernieuwbare elektriciteit’ gebruikt. Dat de elektriciteit die Bud gebruikt volledig hernieuwbaar is, kan echter niet reëel zijn. De uitstoot die met elektriciteitsgebruik wordt opgewekt kan verhuld worden door middel van zogenaamde ‘garanties van oorsprong’ (hierna: GvO’s), zo stelt klager. Daarmee is deze reclame misleidend. Bud stelt op haar beurt dat zij zich binnen de kaders van de wet beweegt. Dat klager principiële bezwaren tegen het systeem van GvO’s heeft is geen onderwerp van dit geschil. Ook ziet de claim van Bud niet op een algemene duurzaamheidsclaim, maar op het elektriciteitsverbruik in het brouwproces. 

De Commissie is van oordeel dat de bestreden claim voldoet aan de eisen van de Code voor Duurzaamheidsreclame, nu duidelijk is dat het systeem van GvO's niet ter behandeling voorligt. Bud heeft voldoende onderbouwd dat de elektriciteit die zij heeft gebruikt uit duurzame bronnen is ontstaan. Nu zij over GvO’s beschikt, mag zij claimen dat het om ‘groene stroom’ gaat, naar vaste lijn van de Commissie en het College van Beroep. Er is geen sprake van misleidende reclame en de Commissie wijst de klacht af.

De gemiddelde consument mag ermee bekend worden verondersteld dat met ‘hernieuwbare elektriciteit’ wordt gedoeld op elektriciteit die is opgewekt uit niet-fossiele bronnen, zoals wind, zon, water en biomassa. De Commissie acht voldoende aannemelijk geworden dat Bud beschikt over GvO-certificaten van twee – mede op haar initiatief – aangelegde zonneparken in Spanje, waarmee kan worden aangetoond dat sprake is van hernieuwbare elektriciteit (‘groene stroom’) en waaruit blijkt dat hiermee voldoende hernieuwbare elektriciteit wordt opgewekt om de behoefte voor het brouwen voor de Nederlandse markt te dekken. Volgens vaste lijn van uitspraken van de Commissie en het College van Beroep mag een energieleverancier claimen ‘groene stroom’ te leveren indien zij kan aantonen over GvO’s te beschikken waaruit blijkt dat zij aan het elektriciteitsnet een bepaalde hoeveelheid stroom toevoegt die is opgewekt uit hernieuwbare bronnen, en wel in een mate die overeenstemt met de hoeveelheid stroom die zij als ‘groen’ aan haar klanten levert (vgl. CvB 3 mei 2023, dossier 2022/00499). Op gelijke wijze mag Bud claimen dat “iedere Bud in Nederland is gebrouwen met 100% hernieuwbare elektriciteit”. Deze claim is voldoende specifiek en duidelijk en is door Bud in voldoende mate onderbouwd. Van het ontbreken van context die de gemiddelde consument nodig heeft om te begrijpen wat de claim inhoudt, is naar het oordeel van de Commissie geen sprake. De klacht dat de claims “gebrouwen met 100% hernieuwbare elektriciteit”/”brewed with 100% electricity” misleidend zijn, wordt daarom afgewezen.