RB
Gepubliceerd op dinsdag 19 januari 2016
RB 2637
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Envelop met "laat deze brief niet aan je ouders lezen" vanwege ludieke karakter niet ontoelaatbaar

Vzr. RCC 22 december 2015, RB 2637; Dossiernr: 2015/01169 (Besured)
Direct marketing. Uiting: Het betreft een aan klaagster verzonden brief in een envelop met daarop de tekst: “Laat deze brief niet aan je ouders lezen”. In de envelop zit een folder met informatie over de zorgverzekering van Besured en een brief waarin onder meer staat:

“ waarom mag ik deze brief nou niet aan mijn ouders laten lezen? Een meerderheid van de studenten krijgt een extra financiële bijdrage van hun ouders. Grote kans dus dat dit bij jou ook zo is. Het zou natuurlijk jammer zijn als de financiële meevaller van de studentenzorgverzekering door je ouders wordt ingehouden op jouw maandelijkse bijdrage;) ”.

 

Klacht: Veel studenten wonen nog thuis en door op de envelop de tekst “Laat deze brief niet aan je ouders lezen” te plaatsen, geeft dit ouders het gevoel dat hen iets wordt onthouden of achter hun rug om plaatsvindt. Daarnaast vind klager het een vorm van stoken tussen ouders en kinderen en worden kinderen (studenten) op het idee gebracht om hun ouders voor te liegen en ervoor te zorgen dat zij profiteren van geld van hun ouders terwijl ze achter hun rug om een andere verzekering sluiten.

Voorzitter:

De klacht is gericht tegen een mailing van adverteerder bestaande uit een envelop met daarop de tekst: “Laat deze brief niet aan je ouders lezen” en daarin een brief en een folder met informatie over de zorgverzekering van adverteerder. Klaagster stelt dat de uiting in strijd is met de goede smaak en fatsoen, zo begrijpt de voorzitter, omdat ouders erdoor het gevoel krijgen dat hen iets wordt onthouden, gestookt wordt tussen ouders en kinderen en kinderen worden aangezet tot het voorliegen en profiteren van (het geld van) hun ouders.

De voorzitter stelt voorop dat zij zich bij de beoordeling van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met een fatsoensnorm terughoudend opstelt gelet op het subjectieve karakter ervan. Met inachtneming met deze terughoudendheid is de voorzitter van oordeel dat de onderhavige reclame-uiting de grenzen van het toelaatbare niet overschrijdt. Uit het geheel van de uiting blijkt dat de oproep om de in de brief bedoelde financiële meevaller voor ouders te verzwijgen niet serieus is bedoeld. Uit de toonzetting van de inhoud van de envelop, waaronder het geplaatste ‘knipoogje’ en het spreken over een voordeel voor “jou en/of je ouders”, volgt dat adverteerder slechts op een ludieke, op de specifieke doelgroep van studenten afgestemde, wijze duidelijk wil maken dat men geld kan besparen door te kiezen voor de zorgverzekering van adverteerder. De voorzitter is van oordeel dat daarbij de grenzen van het toelaatbare niet zijn overschreden. De voorzitter heeft er overigens begrip voor dat niet iedereen de reclame-uiting zal waarderen. Dit kan evenwel niet tot een andere uitkomst leiden.

De voorzitter wijst de klacht af.